Het verleden van Utrecht

Vertel mij Utrecht: Smeetoren – Sonnenborch – KNMI

 In 1122 schonk bisschop Godebald aan Utrecht stadsrechten. Daarmee werd een aanvang gemaakt  met het afbakenen van het rechtsgebied van de stad. De stadsbuitengracht werd gegraven en een aarden omwalling aangelegd. In de loop van de tijd kwam een bakstenen muur tot stand met daarop tientallen torens. De gilden onderhielden en bewaakten elk een deel van de muur. 5 poorten gaven tussen 8 en 22 uur toegang tot de stad en waren ‘s nachts gesloten. Een van de oudste tufstenen torens, de Smeetoren van de Smede of het Smidsgilde werd in 1145 gebouwd. 

De contouren van deze toren zijn aangebracht in de bestrating tussen Smeebrug en Bartholomeus gasthuis. De smeden oefenden een brandgevaarlijk beroep uit en werden daarom verplicht om aan de rand van de stad te werken. Tussen 1545 en 1551 werd op gezag van Karel V vier bastions aan de muur toegevoegd als extra versteviging: Sonnenborch, Manenborch, Sterrenborch en de afgebroken Morgenster ten noorden.  

Stadhouder van Utrecht, Willem van Oranje, liet nog eens 5 aarden bolwerken toevoegen. Servaas- , Wittevrouwen- , Lucas-  Mariabolwerk (afgebroken) en Lepelenburg. In de loop der eeuwen raakte het verdedigingswerk in verval. In 1642 werd de Smeetoren afgeplat en van zijn spits ontdaan. Er werd een bouwwerk geplaatst van waaruit astronomische en weerwaarnemingen gedaan konden worden voor het geven van onderwijs aan studenten van de in 1636 opgerichte Utrechtse universiteit. 

Sonnenborch werd door de stad aangekocht met als doel om daar een academische kruidentuin aan te leggen, die van 1639 – 1723 gebruikt werd als leertuin voor studenten. Deze leertuin verhuisde naar de ‘Oude Hortus’ aan de Nieuwegracht.  Sonnenborch was niet langer geschikt voor de uitbreiding met exotische planten, die in kassen ondergebracht dienden te worden. 

In 1849 verhuisde het waarnemingsinstituut van de Smeetoren naar Sonnenborch.           Vanwege het toenemende verkeer en bebouwing werd het moeilijker om weerwaarnemingen te verrichten.  

C.H.D Buys Ballot, (1817 – 1890) hoogleraar natuurkunde stond aan de wieg van het KNMI in de Bilt. Na verhuizing van het weerinstituut naar de Bilt (1896) stond Sonnenborch geheel in het teken van ‘de sterrenwacht’.           

In 2012 is het sterrenkundig instituut opgeheven, Sonnenborgh dient nu als museum 

In de beginperiode dat ik rondleidingen verzorgde, was ik gericht op de stadsgeschiedenis en het vertellen daarover door middel van gebouwen, die aanknopingspunten boden. 

Totdat ik met een groep in het parkje bij Sonnenborch liep. Een deelnemer (natuurkenner) merkte op dat hij vogels hoorde die hij niet in de stad verwachtte.  De aandacht voor de natuur in de stad was bij mij gewekt. Voor de ruimte die vrijkwam na het slopen van de stadsmuur ontwierp J.D. Zocher het prachtige singelpark, nu rijksmonument.  

Onder Sonnenborch staat het bankje waarop de dichter Leo Vroman in 1938 zijn Tineke de eerste kus gaf. De tekst op de muur bevat een strofe uit ‘Koude regen’. 

Laat uw reactie achter

Reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *