Utrecht was in de 2e helft van de 19e eeuw het belangrijkste spoorwegknooppunt van Nederland. Diverse spoorwegondernemingen waren in de stad gevestigd.
De Maatschappij tot exploitatie van de Spoorwegen (later fusie met staatsspoorwegen) gaf de architecten N.J. Kamperdijk en C. Vermeijs in 1869 de opdracht om hiervoor een Centraal Administratie Gebouw te ontwerpen, HGB I aan het Moreelsepark. HGB I werd opgetrokken in de sobere Neo-classistische stijl. In 1879 werd het bouwwerk met een vierde verdieping uitgebreid door A.C. Vink.
In 1893/1895 volgde de bouw van Hoofdgebouw II in het naastgelegen park Nieuweroord in de meer uitbundige stijl van de neorenaissance, ontwerp van J.F.Klinkhamer en F.J. Nieuwenhuis. Dit gebouw is rijk gedecoreerd. O.a. zijn 3 medaillons op de gevel de aangebracht met daarin de portretten van James Watt, Denis Papin en George Stephenson, uitvinders van de stoommachine. Renaissancemotieven zoals schelpen, voluten en sierobelisken worden verenigd met de symbolen van de spoorwegen.
HGB II werd door een 20 meter lange tunnel van beton ondergronds verbonden met HGB I. Deze oplossing bleek niet voldoende; een jaar later ontwierp architect Klinkhamer een luchtbrug met doorgangen op de eerste verdiepingen en vier natuurstenen bogen op straatniveau. Tegenwoordig is de luchtbrug buiten gebruik.
Nadat de verschillende maatschappijen in 1917 waren opgegaan in de N.V. Nederlandsche Spoorwegen, werd Utrecht definitief spoorstad. Architect G. J. van Heukelum kreeg de opdracht om HGB III toe te voegen. Na WO I was er grote materiaalschaarste. Van Heukelom organiseerde steenbakkerijen, brandstof voor het vervaardigen van 22 miljoen bakstenen en het vervoer daarvan. Tot op de dag van vandaag is HGB III het grootste bakstenen kantoorgebouw van Nederland. Voor de fundering werd 21 kilometer oude spoorstaven hergebruikt. Stenen ‘misbaksels’ werden gebruikt voor de afscheidingsmuurtjes van het terras om het gebouw.
Vertrouwd met de traditionele stijl van HGB I en HBG II zal de Utrechtse bevolking met verbazing gekeken hebben naar het enorme bakstenen gebouw dat opgetrokken werd tussen1918 en 1921 in de nieuwe Amsterdamse School stijl. Deze stijl ontstond tussen de twee wereldoorlogen. HGB III kreeg de bijnaam ‘de Inktpot’, vermoedelijk was het eerst een ‘scheldnaam’. Opnieuw werd er een tunnel aangelegd, nu tussen HGB III en HGB II. Daardoor waren alle hoofdgebouwen met elkaar verbonden. Deze tunnel is nog in gebruik. In 1990 verrees aan de Laan van Puntenburg HGB IV, nu hoofdkantoor. De zilverkleurige kantoorflat van 76 meter hoog is opgetrokken uit glas en aluminium.
Nacht: veilige overkapping
waar de droomtrein te wachten staat
die me naar jou terug brengt
door een tunnel van slaap
Samen gaan we het pad
naar de zee, blauw
en warm onder de zon
van een voorbije zomer
Maar altijd rijdt de trein
terug naar het lege perron
van een dag zonder jou
Dichteres Hanny Michaelis
Laat uw reactie achter
Reactie