De tufstenen voorloper van de huidige Jacobikerk (3e parochiekerk) bestond al in 1173. Deze werd in de 13e eeuw vervangen door de vroeg – gotische kruisbasiliek die in de daarop volgende eeuwen uitgebreid werd.
De ‘Jacobi’, pelgrimskerk’, gewijd aan Jacobus de Meerdere, was van verre herkenbaar aan de hoogste torenspits van Utrecht zodat de bedevaartgangers zich al van verre konden oriënteren op weg naar de stad. (zie column pelgrimage).
De tornado van 1674 deed de spits sneuvelen en na vervangen te zijn door een laag tentdak werd in 1953 een nieuwe spits aangebracht, weliswaar lager. Onder het orgel in de kerk bevindt zich de grafsteen van Hubertus Duifhuis (1515 – 1581), pastoor van de Jacobi, samen met zijn ‘huisvrouw’ Toen de reformatie (1517) zich in Utrecht manifesteerde, nam Duifhuis een afwijkende houding in over van het opdragen van de Heilige Mis en de uitoefening van de Protestante eredienst. Duifhuis had al moeite met de Rooms Katholieke geestelijkheid van voor de Reformatie evenals met de Calvinistische bewindslieden na de Reformatie.
Hij nam een gematigde, tolerante houding aan tegenover andere geloofsuitingen en brak in 1578 met de katholieke kerk. Net als Willem van Oranje was hij voorstander van ‘religievrede’. De Prins bezocht eenmaal de kerkdienst in de Jacobi en was onder de indruk van de ‘preek’. Zo ontstond de belangrijke stroming van de ‘Duifhuisianen’ die ondanks het overlijden van Duifhuis tot 1586 bijeenkwam in de Jacobikerk. Toen werd deze gedwongen op te gaan in de Gereformeerde Kerk van de Calvinisten
In een van de pijlers van de Jacobikerk is de bewaard gebleven ‘kluis’ van Alyt Pontiaens die daar in de vijftiende eeuw 30 jaar afgezonderd doorbracht, haar leven toegewijd aan God. De kluis is 1.75 bij 2 meter en vermoedelijk de laatst overgeblevene in Nederland. Meer bekend is ‘kluizenares’ Suster Bertken. De ‘kluis’ waarin zij verbleef bevond zich in het (afgebroken) koor van de Buurkerk, aangegeven in de bestrating van de Choorstraat.
Een kluizenares genoot groot aanzien van de bevolking en had contact met hen vanachter een venster; men vroeg haar om raad of om te bidden of bracht haar voedsel.
Alyt Pontianus
Ingekluisd in de Jacobschelp
vanonder het gotisch gewelf
zweefde haar ziel naar God
tot aan de hemelpoort en weer terug
naar lege zielen die zij voedde
met het Heilig Brood
bij haar dood bespeelden
engelen harp en fluit
strooiden hemelbloemen
voor Santiago’s bruid
koningen en prelaten kregen
niet zo’n blijk van eer
Alyt Pontiaans was ingegaan
in het huis van huis van haar Heer
Cobie Ruijgrok
Ook vandaag de dag is het mogelijk om een afgesproken periode in de ‘kluis’ van Alyd Pontiaans te verblijven (gratis) of op een flexwerkplek in de kerk. Men kan er lezen, schrijven, tekenen, nadenken of even tot rust komen, in overleg met via jacobi.
Zie ook website ‘Kerken Kijken’ (29/6 t/m 11/9)
Anton Geesink is als zoon van Wijk C in de Jacobi gedoopt. In diverse terugblikken op zijn leven sprak hij daarover altijd met een zekere trots. Het standbeeld van Anton Geesink voor de Jacobikerk staat dan ook op een hele juiste plek.
Nooit geweten dat de Jacobi ook een kluis bezat. Die van de Buurkerk wist ik wel. Weer wat geleerd op mijn oude dag. Ik stuur een link naar onze nicht in Rotterdam, want ik denk dat ze dit wel op prijs zal stellen.