Het verleden van Utrecht

Vertel mij Utrecht: dichter – bruggenplein –  beeldhouwer 

Afbeelding: Utrechts Archief

Joost van den Vondel, ’de prins der dichters’ verhuisde met zijn vader, vanwege het geloof, eerst van Antwerpen naar Keulen en van daar naar Nederland. Zij woonden korte tijd in Utrecht. De ongeveer 10-jarige Joost bezocht hier ‘de Latijnse School’, voorloper van het Stedelijk Gymnasium. Jaarlijks woonden de leerlingen een openluchtschouwspel bij op wat nu ‘de Stadhuisbrug’ heet, toen ‘de Plaats’. 

 In het voorwoord bij ‘Salmoneus’ schreef Vondel; 

Mij heugt ook, dat ik zelf te Utrecht voor het stadhuis een toneel gebouwd zag, waarlangs de reus Goliath met de heirkracht der Filisteinen tegen Sauls leger kwam opdonderen, en van Davids slinger, met ene kai in het voorhoofd getroffen, nederplofte, dat de stellage kraakte. 

De samenstelling van het stadsbestuur en de huisvesting daarvan is in de loop van de eeuwen aan verandering onderhevig geweest. In de 12e eeuw was het stadsbestuur (stadsrechten 1122) samengesteld uit schout en schepenen, afkomstig uit rijke en machtige families. ‘De Schepenbank’ was gevestigd nabij de Buurkerk. Vanwege de bouw van de Buurkerktoren diende ‘de Schepenbank’ te verhuizen Daarvoor heeft de gemeente in 1343 Huis Hasenberg, op de hoek van Stadhuisbrug en Oudkerkhof. aangekocht. 

Andere inwoners wilden ook zeggenschap en vormden in 1196 ‘de Raad’. Deze kwam bijeen in het ‘Schoonhuis’, aan de Massegast,  bij de Steenweg Op last van Karel V werd in 1528 ‘Schout en Schepenen’ en ‘de Raad’ centraal gehuisvest. Stadskasteel Lichtenberg (met klein Lichtenberg) werd aangekocht en samengevoegd met Hasenberg; de renaissance gevel werd geplaatst.  De Broodbrug en de Huidenbrug, voor het Stadhuis, waarop markten plaats vonden, werd overkluisd.  Er ontstond een ‘bruggenplein’, de Stadhuisbrug. 

 Bij de verbouwing van1824 stadsarchitect door Johannes van Embden werd de classicistische voorgevel geplaatst: de hoofdingang. 

In 1957 werd de timpaan daarboven voorzien van een beeldengroep door (de onofficiële stadsbeeldhouwer) Pieter d’Hond. De beeldengroep staat voor: van links naar rechts: gerechtigheid, waakzaamheid, gezag, beleid en geloof.  Het verhaal wil dat Pieter d’Hond vanwege hoogtevrees de beeldengroep hakte in zijn atelier (Manenborch). Toen het werk geplaatst werd, was het nodig dat hij daarboven toch de laatste hand zou leggen. De stelling werd afgedekt met doek zodat hij al klimmend niet naar beneden kon kijken.  

De Spaanse architect Enric Miralles werd aangetrokken voor de verbouwing van 1997. Hij voegde nieuwe delen aan de achterzijde toe.  De ingang voorzijde aan de Stadhuisbrug werd gesloten en verplaatst naar Minrebroederstraat 2 Sinds 2014 is de gemeentelijke dienstverlening verhuisd naar het ‘Het Stadskantoor’ aan het Stadsplateau. 

Renovatie ‘Oude Stadhuis’ 2018/2019 

– nieuw/hersteld adres: Stadhuisbrug 1 

– aan de voorkant nieuwe ingang, maar niet de hoofdingang 

– achterkant blijft hoofdingang. Naam Stadhuisplein aldaar was onofficieel, nu officieel 

Laat uw reactie achter

Reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *