Ook de familie Swaab wordt morgen herdacht

Haar hele familie vermoord, maar Jetty overleefde de oorlog. Zo verging het de Familie Swaab aan de Voorstraat 3 in Utrecht.

De familie Swaab. Links Judith (Jetty). In het midden moeder Sara. Broer Lion en Meyer, zus Heintje. Bron: Familie archief

Hoe moet het zijn als je de Tweede Wereldoorlog hebt overleefd, maar bijna je hele familie is vermoord in concentratiekampen? Het is bijna niet voor te stellen. Het overkwam Jetty Swaab uit Utrecht. Wrang genoeg overleefde ze de oorlog doordat ze ziek was, maar overleed alsnog in 1950, slechts vijf jaar na de oorlog op 25-jarige leeftijd.

Jetty werd geboren in Utrecht in een ondernemersgezin. Diverse familieleden hadden een eigen zaak, zoals De Lichthal aan de Voorstraat die in handen was van een broer van haar vader. Ook zusters Leentje en Esther van vaders kant zouden hier eigenaar zijn, zij overleefden de oorlog.

Haar ouders woonden zelf in een bovenwoning aan de Voorstraat 3, beneden was een fietsenzaak en tevens lichtzaak in handen van zussen van haar vader.

Terug naar haar eigen familie. Die bestond uit haar vader Philip Swaab, moeder Sara Swaab-Zegerius en vier kinderen. Dochter Heintje (Henny), zoon Lion Meijer, dochter Judith (Jetty) en zoon Meijer.

Willem Arntsz Hoeve

Grote zus Heintje Swaab was geboren op 3 mei 1919 en was dus net een week 21 jaar oud toen de oorlog uitbrak in Nederland. Haar roepnaam was Henny. Ze was leerling verpleegster en woonde niet meer thuis, maar op haar werk de Willem Arntsz Hoeve in Den Dolder. Joden mochten op een gegeven moment van de Duitsers alleen nog maar in Joodse instellingen werken. Daarom ging ze werken in het Nederlands Israëlitisch Ziekenhuis in Amsterdam, daar leerde ze rond 1942 David Arondson (Dé) kennen. Dé woonde daarvoor in Rotterdam, hier was ook zijn werk. Ook hij mocht niet meer werken bij zijn werkgever en ging naar Amsterdam naar het Nederlands Israëlitisch Ziekenhuis. Hij trok in bij zijn broer en leerde op zijn werk Henny kennen. Het klikte tussen Dé en Henny en ze trouwden.

Uiteindelijk moest Dé onderduiken, we weten niet goed wat er met Henny is gebeurd. Wel weten we dat ze uiteindelijk werd opgepakt en afgevoerd. Ze stierf op 11 februari 1944 in Auschwitz, ze was 24 jaar oud.

Verzet

Haar man Dé zat in het verzet in Utrecht, maar werd opgepakt in de Boothstraat. Hij werd naar Vught en toen naar Auschwitz gestuurd. Hij overleefde uiteindelijk zeven kampen. Hij besloot terug te gaan naar Arnhem, de plek waar hij oorspronkelijk vandaan kwam. Hij kwam er toen achter dat zijn vrouw was overleden.
Hij hertrouwde met een Joodse vrouw die de oorlog ook door onderduiken had overleefd. Haar verhaal lees je hier. Sara leeft nog en is 94 jaar oud, zij heeft meegewerkt aan dit verhaal.

Mevrouw Degens

Terug naar Jetty (Judith) Swaab. Zij overleefde de oorlog, omdat ze in een ziekenhuis lag. Na de oorlog werd ze opgevangen door mevrouw Degen, eigenaresse van Degens Modezaak aan de Catharijnesingel 18 (inmiddels gesloopt). Toen de oorlog uitbrak had mevrouw Degens nog een advertentie geplaatst dat ze een net meisje zocht voor in de huishouding, mogelijk had Jetty hierop gereageerd en hadden ze contact gehouden.

Het kan ook zijn dat mevrouw Degens bevriend was met familie van Jetty, want ene Alida Frijda-Swaab woonde eerder in 1906 ook op nr. 18. Dit was mogelijk familie van Jetty, gezien ze dezelfde achternaam Swaab hadden en dit geen veelvoorkomende naam was in Utrecht.

Judith woonde na de Tweede Wereldoorlog in 1945 dus bij mevrouw Degen in het bovenhuis op de Catharijnesingel 18 E bis, maar moest vaak wegens haar gezondheid naar het ziekenhuis. Ze leed aan tubercolose. Ze onderging talloze operaties, maar die mochten niet baten. Uiteindelijk kwam ze na een operatie in 1950 niet meer bij. Dit was waarschijnlijk in een ziekenhuis in Hilversum.

Inmiddels had de weduwnaar van haar zus een nieuwe vrouw leren kennen. Deze Sara leerde Jetty kennen in 1949. “Ze gaf toestemming aan Dé om met met mij te trouwen. Ze gaf ons haar zegen”, vertelt Sara. Een aantal briefwisselingen tussen Dé en Jetty is nog bij de familie in handen.

Jetty overleden

Op 24 maart 1950 komt ene Coenraad Willem Bakker bij de burgerlijke stand om het overlijden van Jetty aan te geven. Op haar overlijdenskaart staat: “Heden vier en twintig maart negentienhonderd vijftig verscheen voor mij, ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Utrecht, Bakker, Coenraad Willem, aanspreker, oud zes en twintig jaar, wonende alhier, die op grond van eigen wetenschap verklaarde, dat op den drie en twintigste dezer maand, te half vijf uur in den ouderdom van vijf en twintig jaar alhier is overleden: Swaab Judith, zonder beroep, geboren en wonende alhier, dochter van Swaab Philip en Zegerius Sara, beiden overleden.”

Haar dood betekende dat de hele familie Swaab was verdwenen van de Voorstraat.

Ze liet geen partner of kinderen na, maar wordt nog wel herinnerd door Sara Aronson-Gobitz en haar familie. Zo heeft de schoonzoon van Sara, Elja Schwarz, meegeholpen met de zoektocht naar het verleden van deze familie.

De familie Swaab aan de Voorstraat, vader, moeder en de twee zoons, werden allemaal in 1942 aangemeld in Westerbork. Utrecht moest van de Duitsers in 1942 Jodenvrij worden en een grote groep Utrechtse Joden werd in de zomer gesommeerd zich te melden voor transport naar Westerbork.

Herdenken

Het is vandaag 4 mei. Dan staan we twee minuten stil bij de mensen die overleden zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog. De familie Swaab woonde aan de Voorstraat 3 en wordt ook herdacht.

Vader Philip Swaab

Op 12 september 1898 is Philip Swaab geboren in Utrecht. Op 31 januari 1944 is Philip Swaab vermoord in Midden-Europa. Hij was 45 jaar oud.

Moeder Sara Swaab-Zegerius
Op 18 september 1900 is Sara Swaab-Zegerius geboren in Amsterdam. Tot 25 januari 1944 zat Sara Swaab-Zegerius gevangen in Kamp Westerbork. Op 25 januari 1944 is Sara Swaab-Zegerius getransporteerd naar Auschwitz. Er zaten nog 870 mensen in de trein. Op 28 januari 1944 is Sara Swaab-Zegerius vermoord in Auschwitz. Ze was 43 jaar oud.

Dochter Heintje (Henny) Aronson-Swaab
Op 13 mei 1919 is Heintje Swaab geboren in Utrecht. Tot 8 februari 1944 zat Heintje Aronson-Swaab gevangen in Kamp Westerbork. Op 8 februari 1944 is Heintje Aronson-Swaab getransporteerd naar Auschwitz. Op 11 februari 1944 is Heintje Aronson-Swaab vermoord in Auschwitz. Ze was 24 jaar oud. Heintje’s echtgenoot David Aronson heeft de oorlog overleeft, hertrouwde en overleed 2007.

Zoon Lion Meijer Swaab
Op 2 april 1922 is Lion Meijer Swaab geboren in Utrecht. Meijer kwam op 20 april 1943 aan in Westerbork en zat in barak 68. Hij ontsnapte met zijn broer Meijer een week later uit Westerbork op 27 april 1943. Hij kwam echter weer in Westerbork op 10-12-1943 in barak 67. Op 25-01-1944 ging hij op transport naar Auschwitz. Hij kwam om tijdens de dodenmarsen vanuit Auschwitz. Hij was 23 jaar oud en verloofd met Miep Cohen.

Dochter Judith Swaab
Judith (Jetty) Swaab werd geboren op 3 september 1924 in Utrecht. Ze overleefde de oorlog, maar stierf op 23 maart 1950. Ze werd 25 jaar oud.

Zoon Meijer Swaab 
Op 5 november 1926 is Meijer Swaab geboren in Utrecht. Hij zat in Kamp Westerbork vanaf 20 april met zijn broer Lion, maar wist op 27 april 1943 te ontsnappen. Hij werd echter weer opgepakt. Op 10 december 1943 kwam hij weer in Kamp Westerbork. Tot 25 januari 1944 zat Meijer Swaab gevangen in Kamp Westerbork in barak 67. Op 25-01-1944 ging hij op transport naar Auschwitz. Hij kwam om tijdens de dodenmarsen vanuit Auschwitz. Hij was 18 jaar oud.

Laat uw reactie achter

Reactie

1 reactie

  • mijnie borghstijn schreef:

    wat goed dat je de geschiedenis van de familie hebt vastgelegd. dan ween we dat ze geleefd hebben en niet worden vergeten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *