Filmtheater

Hoe ziet de toekomst van ´t Hoogt eruit?

Filmtheater ‘t Hoogt nam afgelopen weekend na 46 jaar afscheid van haar locatie in de binnenstad. Er is de afgelopen jaren veel te doen geweest: over een nieuwe locatie en vooral over de hoge subsidies die ‘t Hoogt al jaren ontvangt van de gemeente. Heeft Utrecht nog behoefte aan ‘t Hoogt? En hoe ziet de toekomst van het filmhuis er uit?

De directie van ‘t Hoogt is al lang bezig met zoeken naar een nieuw pand. Het eerste concrete plan, dat stamt uit 2008, was het Artplex op het Smakkelaarsveld. Dat ging niet door, maar er was wel al met de verhuurder van de panden van ‘t Hoogt afgesproken dat het filmhuis zou gaan verhuizen. De huidige directeur, Rianne Brouwers, had bij haar aanvang in 2016 onder andere het Beatrixgebouw, de oude Pastoe-fabriek en Tivoli Oudegracht op haar lijstje staan. Maar in die panden zouden ze niet op tijd terecht kunnen.

Later toonde ‘t Hoogt interesse in de City bioscoop aan de Voorstraat. Het filmtheater zou het pand kunnen exploiteren als ‘Podium voor Film en Beeldcultuur’ met behulp van een Utrechtse ondernemer. Na de totstandkoming van de overeenkomst hierover bleek de verkoper het pand niet te kunnen leveren. Verhuizen naar de City bioscoop was daardoor voor ’t Hoogt geen optie meer.
Het filmtheater richtte haar energie sinds april 2018 op een nieuw te ontwikkelen locatie in het Werkspoorgebied. Die plannen kunnen echter pas in 2020 worden gerealiseerd, en zijn afhankelijk van de gemeentebijdrage die het filmtheater ervoor zal ontvangen. Kortom: het is nog niet gelukt om een ander pand te vinden voor de verhuisdatum.

“Het is een combinatie van omstandigheden en redenen dat het niet is gelukt. Bij sommige plekken, bijvoorbeeld het Beatrixgebouw, was er onduidelijkheid in de plannen van de andere partij”, vertelt directeur Brouwers. “City leek de goede kant op te gaan, het koopcontract lag al klaar. Het ging uiteindelijk niet door, dat lag buiten onze macht. Als we het eerder hadden geweten, hadden we er minder energie in gestoken.”

Culturele hotspot

Brouwers is erg enthousiast als ze vertelt over het Werkspoorkwartier, waar de pijlen nu volledig op zijn gericht. “De grote ruimte biedt veel kansen. We willen een culturele hotspot creëren waar bewegend beeld en audiovisuele technologie centraal staan. De ambitie is om op deze dynamische plek het oude filmhuis om te bouwen tot een nieuw, bruisend podium voor beeldcultuur, passend bij het huidige tijdsgewricht waarin beeld een grotere rol speelt dan ooit tevoren. Beginnende en gevestigde makers krijgen een podium om hun werk te laten zien aan een breed publiek en kinderen en jongeren leren digitale media zoals film gebruiken om hun verhaal te vertellen en verhalen van anderen beter leren begrijpen.”

Rianne Brouwers en de vijf anderen die blijven werken voor ‘t Hoogt houden zich in 2019 onder andere bezig met het voorbereiden van de nieuwe plannen. “Ik zie de verhuizing als een metafoor van emigreren. Wat de nieuwe plek en de tijd er tussenin te bieden heeft, gaan we ontdekken.” In 2019 zal het filmhuis ook pop up-vertoningen organiseren op verschillende locaties in de stad, onder de noemer ’t Hoogt on Tour. “We zullen op de specifieke locaties gaan kijken welke programmering er het beste past”, aldus Brouwers. In plaats van honderden films per week, zal het filmhuis in 2019 ongeveer één event per week organiseren. Brouwers heeft dan ook flink moeten korten in personeel.

Subsidies

Naast de verhuizing is er veel gedoe geweest over de financiën van, en met name de subsidies aan ‘t Hoogt. De gemeenteraad besloot in 2004 de subsidie van het filmtheater per 2006 te stoppen. Het Rijk, de Provincie en de Gemeente Utrecht waren volgens oud-gemeenteraadslid Rob Kok ‘eensgezind van mening dat het filmhuis slecht gerund werd’. Hij schreef in een open brief: “Met haar zeventien bezoekers per vertoonde film bewees het filmhuis vooral niet in staat te zijn publiek te trekken. Ondanks de jaarlijkse subsidie van in die tijd al ruim drie ton.” Maar PvdA boekte in 2006 een enorme overwinning bij de Utrechtse gemeenteraadsverkiezingen en de subsidie bleef worden verstrekt, tot ongeloof van veel Utrechters.

Jos Stelling, filmmaker en oprichter van het Louis Hartloopercomplex en Springhaver Theater, sprak met `t Hoogt over een mogelijke samenwerking. Hij schreef in 2017 waarom dat geen optie meer was: “Na dertig jaar brieven schrijven, gesprekken voeren en knokken tegen schimmige kongsi’s, heb ik het nu wel zo’n beetje gehad. Er hangt zoveel onbetrouwbaarheid en opportunisme in de lucht dat ik noodzakelijker wijze deze beker verder laat passeren.”
Ook oud-VVD-raadslid André van Schie liet weten het niet eens te zijn met de subsidies. Zijn opvolger, Marijn de Pagter, geeft ook aan dat het ‘altijd ingewikkeld is geweest’ met ‘t Hoogt. De Pagter gaat binnenkort met Brouwers in gesprek over de toekomst en de planning van ‘t Hoogt. “Ik ben bang dat het een hogere rekening gaat opleveren dan we denken. ‘t Hoogt heeft zelf geen financiële reserves, dus de gemeente zou al snel haar portemonnee moeten trekken. Ze krijgen al bijna een half miljoen, wat ik altijd al hoog heb gevonden, dus ik weet niet of we het nieuwe plan zouden steunen.” De Pagter gelooft dat ‘t Hoogt niet per se een eigen pand nodig heeft: “We zien veel waarde in het educatieve gedeelte, maar dat kan ook in andere zalen. Er zijn bioscoopstoelen genoeg in Utrecht.”

Oud-Leefbaar Utrecht-raadslid Vincent Oldenborg is heel duidelijk in wat hij van ‘t Hoogt vindt. Wat hem betreft is het geen gemis als het filmhuis verdwijnt. “Ik heb niks tegen filmhuizen, maar wel tegen een half miljoen subsidie. Een half miljoen ontvangen en zo weinig bezoekers trekken? Er zijn vergelijkbare niet gesubsidieerde partijen die goed functioneren”, zegt Oldenborg. Hij vindt dat er om ‘t Hoogt een soort ‘air’ hangt van: ‘Wij zijn onmisbaar’. “Maar ze voegen niks toe. Het is zonde van het cultuurbezet, er zouden nuttigere dingen mee kunnen gebeuren”, vindt Oldenborg. Het lijkt hem een beter idee dat er meer geld gaat naar bijvoorbeeld filmmakers. “Opdoeken met ‘t Hoogt”, besluit hij.

De plek waar hippe mensen elkaar tegenkwamen

Auteur en cultuurreporter Rob van Scheers heeft zijn twijfels bij het huidige ‘t Hoogt. Hij was vroeger regelmatig te vinden in het filmhuis, en niet alleen om films te kijken. “Toen ‘t Hoogt begon was er niet veel in Utrecht op cultureel niveau. Het was in de jaren ‘80 een hippe plek, een cultplek”, vertelt Van Scheers. ‘t Hoogt was dé plek waar de hippe mensen elkaar zagen voor ze naar Tivoli gingen. “Het was altijd stampvol op vrijdag. Er was jazz, theater en traden er bandjes op.”

Op een gegeven moment is volgens Van Scheers besloten dat het filmhuis prioriteit kreeg boven het café. Intussen kwamen er steeds meer bioscopen in de stad en raakte ‘t Hoogt in verval. “Ik ben in de afgelopen tien tot vijftien jaar nauwelijks nog bij ‘t Hoogt geweest. De schwung was er op een gegeven moment uit”, aldus Van Scheers. Hij benoemt ook dat de films die ‘t Hoogt vertoont niet bijzonderder zijn dan de films die andere filmhuizen in de stad vertonen. “Het Louis Hartlooper Complex is iedere avond vol, daar hebben ze wel ingezet op horeca er omheen.” Eten, drinken, een doorlopend programma. Dat blijkt te werken.

Van Scheers gelooft niet direct de verhuizing naar het Werkspoorkwartier een succes zal zijn. “Ik vind dat wel heel experimenteel van ’t Hoogt, uit de loop. Zitten de mensen in de wijk er op te wachten? En gaat de huidige doelgroep de afstand afleggen? Voor ons is het altijd een mooie plek geweest en misschien hebben ze geweldige ideeën. Maar ik vrees het ergste.”

Jos Stelling betreurt de teloorgang van ’t Hoogt. “Ik kwam er vroeger graag. ’t Hoogt is dood gesubsidieerd. Ik ben benieuwd hoe de gemeente met dit alles omgaat. Cultuur is niet te koop; wijsheid, bezieling en inhoud ook niet. Er zijn blijkbaar nog vijf mensen in dienst om te werken aan de toekomst, dat verbaast me als ondernemer. Daar laat ik het bij. Ik wil niet dansen op een graf en wens iedereen het beste.”

`Geografisch gezien is het Werkspoorkwartier het centrum van de stad`

Het bedrag dat nodig is voor de realisatie van de grootse plannen van ‘t Hoogt zal de komende maanden worden berekend. Het wordt nog spannend of en hoe de plannen kunnen worden gerealiseerd en of bezoekers van ‘t Hoogt bereid zijn om uit te wijken naar het Werkspoorgebied. Maar ook daar heeft Brouwers veel vertrouwen in. “Mensen die voor onze films naar ‘t Hoogt kwamen, zullen ook een stukje verder fietsen. Ze zullen blij zijn als we weer een eigen locatie hebben. Utrecht wordt een maatje groter, daar moeten we met z’n allen aan wennen. Geografisch gezien is het Werkspoorkwartier zelfs het centrum van de stad”, aldus de directeur lachend. “Ook verwacht ik een nieuw publiek te verwelkomen, door de nieuwe mogelijkheden en de nieuwe locatie.”

Brouwers gelooft dat Utrecht behoefte heeft aan een plek gericht op film en beeld waar makers en publiek en verschillende kunstvormen worden samengebracht. “Iedereen die wij spreken is het hier mee eens. Bedrijven, culturele instellingen, de politiek. Veel mensen willen aanhaken. Het kan niet anders dan een succes worden”, besluit ze.

Laat uw reactie achter

Reactie

8 reacties

  • Marcel schreef:

    Dat mevrouw Brouwers nog steeds gelooft in een toekomst voor ’t Hoogt is bewonderenswaardig, maar volstrekt irreëel. Wees vooral blij met de subsidies die in het verleden zijn verstrekt, de gemeente zal nu wel wijs genoeg zijn om geen gelden meer vrij te maken voor dit achterhaalde filmhuis.

  • D. Steen schreef:

    Dit is toch geen verhuizing maar een sluiting van ‘t Hoogt. Ze hebben inmers nog geen nieuwe locatie. De plannen klinken goed en ik hoop dat het ze gaat lukken. Tot de heropening zijn ze gewoon dicht en weg.

  • G. Spoor schreef:

    Dit lijken de laatste stuiptrekkingen van ’t Hoogt. Maar kijk uit, mevrouw Brouwers is vooraanstaand lid van Groenlinks. En deze partij roept al jaren dat een grote stad een arthouse-bioscoop nodig heeft. Ook als de stad al jaren laat zien dat er geen behoefte aan is.

  • frans schreef:

    Heerlijke teksten om het nieuwe jaar mee te beginnen. “Mensen die voor onze films naar ‘t Hoogt kwamen, zullen ook een stukje verder fietsen.” Haha. Mensen kwamen er al niet als ze om de hoek woonden. En ook mooi: “een plek gericht op film en beeld waar makers en publiek en verschillende kunstvormen worden samengebracht”. Het ultieme subsidie blabla. Klinkt leuk maar geen idee wat ze bedoelt.

  • H.Westbroek schreef:

    Los van de evidente jok dat er in ’t Hoogt honderden films per week te zien waren, is het wel weer waar dat er per bezoekende filmkijker TIEN euro subsidie naar ’t Hoogt gaat. Leuk om te weten is dat directeur Rianne Brouwers in de selectiecommissie voor de keus van Utrechtse Gemeenteraadsleden van Groenlinks zat. En dat een van de selectievragen luidde; “Moet ’t Hoogt haar subsidie behouden?”Dit is geen grapje. Wie twijfelend antwoordde kwam niet door de ballotage.Politieke steun voor een nutteloze subsidie is dus geregeld. Nutteloos? Ja,want wat in ’t Hoogt dik geld kost, gebeurt in het Het Louis Hartlooper complex volledig gratis.

  • Yvette Evers schreef:

    Zonde van die sfeervolle zaaltjes. Mij krijg je dann weer met geen stok in die nieuwe gebouwen, met hun kale, kille uitstraling. Om van de omgeving nog maar niet te spreken.

  • Sjaak schreef:

    Een interessante vraag is wat er nu gebeurt met de subsidie. Door het Hoogt niet te sluiten (er is immers sprake van een verhuizing) gaat de subsidie, waarvan een aanzienlijk deel gaat naar het salaris van mevr Brouwers, gewoon door.
    Ook interessant is de relatie Brouwers-GroenLinks. Mevr Brouwers stelde de kandidatenlijst samen van GroenLinks in Utrecht.

  • Oetski schreef:

    Jammer dat ’t Hoogt gesloten is. Ik kwam daar de afgelopen jaren weer met veel plezier. De films (duidelijk een andere programmering dan Springhaver en LHC, waar ik overigens ook graag kom) werden weer drukker bezocht, het café was weer een fijne plek. En het is natuurlijk geweldig dat zulke mooie oude panden bezocht kunnen worden. Nu wordt het achterste pand een appartementencomplex, dat is dus niet meer toegankelijk. Ik hoop dat ’t Hoogt een nieuwe plek vindt, het aanbod aan arthouse films wordt wel karig zo. De Cinevillepas is duurder geworden, het aantal films waar je in Utrecht naar toe kunt is sterk verminderd, jammer.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *