Herinneringen aan een zwarte dag

18 Maart 2019: 24 Oktoberplein; 10:43

Wat een bizarre dag was dit. Ik herinner me het nog dondersgoed. De sfeer op straat… alsof er angst in de lucht hing waar je met een mes een stukje uit kon snijden. Je kon het eigenlijk gewoon grijpen. Een doorgesnoven gek die m.i. vast had moeten zitten vanwege een verkrachting, stapte in een tram met gestoorde plannen. Het nieuws ging snel rond, inclusief de foto uit de tram van de toen ‘vermoedelijke’ dader die om zich had staan schieten. 

Mijn zoon zat in groep 2 en om 12:00 kon ik hem nog zonder problemen ophalen voor zijn volkoren tosti. Om 12:30 kwam er een mail van zijn school. Ze hielden het nieuws in de gaten maar er werden nog geen maatregelen genomen. Het 24 oktoberplein was immers een eind weg van het Museumkwartier.

Er werd druppelsgewijs steeds meer (on)duidelijk en de angst begon toe te slaan in Utrecht. Ik was vrij die dag. Mijn gedachtes gingen uit naar de slachtoffers maar ook naar degene die de tram bestuurde. Het moest haast wel een bekende van me zijn na vele pauzes in Nieuwegein waar de kantine was voor de trammachinisten.

Om 12:55 bracht ik mijn zoon terug naar school. Ondanks de oproep om binnen te blijven maar die had ik gemist. Hij wist nog steeds van niks en dat hield ik zo. Zelf was ik waakzamer dan normaal en keek met regelmaat achter mijn schouder, hoewel het maar twee minuten fietsen was. Snel boodschappen doen en naar huis, benieuwd naar updates. Het werd benauwender want de dader was op de vlucht en men wist toen nog niet of het een terreurdaad was met religieuze motieven of een ‘incident’. Ik herinner me de snelle speculaties op sociale media… een moslimterrorist (gek genoeg heeft men het nooit over christenterroristen maar over verwarde mensen)… eerwraak… you name it  en het werd gedeeld. 

Om 14:00 moest ik een noodvulling laten verwijderen voor een echte vulling bij mijn tandarts op de Nieuwegracht. Ik twijfelde maar besloot toch te gaan. Ik wist inmiddels van de oproep om binnen te blijven en dat al mijn collega’s op bus naar binnen waren geroepen. Het was maar een klein stukje lopen en waagde het erop. Met argusogen liep ik er naar toe…

Eenmaal in de stoel, werd ik vanwege mijn beroep al snel aan de tand gevoeld. Wist ik al meer? Zij wisten het al wel… het moest iets met jihadisme te maken hebben… dat kon niet anders. Ik bleef een slag om de arm houden. Het bleef immers bij één misdaad. Met argusogen liep ik weer terug in een stad die inmiddels op slot was gegaan. Een bizarre generale voor een jaar later. 

Om 15:00 kon ik gelukkig mijn zoon ophalen. Het hek was dicht en een jongeman in een geel hesje liet me binnen. Ik herinner me dat ik dacht: ‘gaat dit een terrorist tegenhouden?’… maar ik besloot dit voor me te houden. Eenmaal thuis, bleef ik thuis om het nieuws te blijven volgen terwijl ik mijn zoon zoet hield met tekenfilms. Het bleef gelukkig bij deze ene schutter die nooit meer daglicht zal zien zonder tralies ervoor. 

Een jaar later zaten we in een lockdown en om 10:43 zette ik mijn bus stil op Centraal Station om deze dag te herdenken. Ik stapte uit en vouwde mijn handen voor mijn buik en tot mijn ontsteltenis zag ik enkele collega’s voorbij rijden, met elkaar kletsen en enkele passagiers bewegen richting hun zo goed als lege bussen… business as usual.

Michael Schuurmans

Utrecht, 18 maart 2022.

Auteur Redactie
Auteur

Redactie

Laat uw reactie achter

Reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *