Op de druilerige dinsdag 7 maart j.l. gebeurde aan de Pelmolplantsoen in Utrecht een wondertje. Vlak voor vier uur werd het na een dag miezer en natte sneeuw eindelijk droog. Hèt moment waarop burgemeester Sharon Dijksma een ‘Stolperstein’ zou leggen, ter herinnering aan professor Ernst Julius Cohen. Een klein messing monumentje in de stoep voor de woning Pelmolenplantsoen 6 memoreert het feit dat de heer Cohen hier in de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetter, vanwege zijn Joodse achtergrond, uit zijn huis werd verjaagd en op 6 maart 1944 in Auschwitz werd vermoord.
Naast het verrichten van de symbolische daad (het ging haar goed af het Stolpersteentje met een rubberen hamer in het zand te tikken) had de burgemeester ook nog een belangrijke mededeling te doen. Sharon Dijksma erkende officieel, namens de gemeente Utrecht, dat de familie van professor Cohen en met name kleinzoon Ernst Verloop na een akelig conflict met de gemeente om “zijn houding wordt geëerd en is rechtgedaan”.
De intussen 96-jarige Ernst Verloop was de eregast bij het onthullen van de “Stolpersteen” ter nagedachtenis van zijn grootvader. In zijn speech bleek hij nog levendige herinneringen aan zijn opa te hebben. Aan zijn grote bureau, midden in de woonkamer, met boekenkasten er omheen. Hij schetste de hoogleraar scheikunde aan de Universiteit van Utrecht als een raswetenschapper. Met veel internationale contacten, óók in Duitsland! En wars van politiek en andere dagelijkse sores. Bovendien was hij helemaal niet actief op het punt van zijn Joodse achtergrond. “Juist daarom is het zo wrang, dat hij door de Nazi’s eerst uit zijn huis wordt gezet. Hij is opgepakt, gevangengezet in Vught, en daarna weer vrijgelaten onder bescherming van een Duitser. Daarna alsnog opgepakt, in Westerbork en later in Auschwitz geïnterneerd,” zegt Ernst Verloop, nog steeds geëmotioneerd.
In haar speech roemde burgemeester Dijksma Ernst Verloop als een van de jongste mensen uit het Utrechtse verzet tijdens de oorlog (in 1945 was hij 18 jaar oud) en ze herinnerde aan zijn enorme inzet om het verlies tijdens de oorlog van familie eigendommen recht te zetten.
Daarbij ging het niet alleen om het pand Pelmolenplantsoen 6, dat door de Duitsers werd geconfisqueerd; Ernst Julius Cohen moest het pand verlaten en de woning plus inboedel gedwongen verhuren aan de Wehrmacht. Waarbij hij de huurpenningen niet zelf mocht ontvangen. Die gingen naar de buurman op nummer 7, toevallig een notaris.
Naast deze kwestie was er nog het pand Wilhelminapark 26, waar de schoonmoeder van professor Ernst Julius Cohen woonde, dus de overgrootmoeder van Ernst Verloop. Ook dit huis werd door de Duitsers gevorderd; eerst voor de Wehrmacht, later werd het de dienstwoning van Utrechts’ beruchte NSB-burgemeester Cornelis van Ravenswaay. Na de oorlog werd het pand gebruikt als post voor de politie en de luchtbescherming. Bij de uiteindelijke teruggave van de woning ontstond een venijnig conflict tussen de gemeente en de familie, vertegenwoordigd door Ernst Verloop. Pas in de loop van de jaren zestig werd deze zaak afgehandeld.
De druilerige, maar net op tijd droge, dinsdagmiddag op de stoep van zijn opa’s huis moet voor Ernst Verloop een mooie middag geweest zijn. Hij kreeg een klein, maar fijn herdenkingsteken aan professor Cohen, waarvan Sharon Dijksma zei: “Het zal altijd zîjn huis blijven”. En hij kreeg de officiële erkenning van de burgemeester van het onrecht dat hem was aangedaan en dat hij achteraf alle eer krijgt voor zijn inzet.
——————————————————————————————————————–
Uniek bij het Stolpersteinenproject Twijnstraat is een apart straatsteentje met een QR-code. Voorbijgangers kunnen via de code direct achtergrondinformatie krijgen over de betreffende woning en de bewoner, die er door de Nazi’s is weggehaald. Burgemeester Sharon Dijksma noemde het “een novum”. De QR-code is een idee van initiatiefnemer Robin van Essen en zijn partner Jelle Raap, die de website met achterliggende informatie verzorgt.
——————————————————————————————————————–
Laat uw reactie achter
Reactie