Kleer verkoopt in Leidsche Rijn oude kleding in een nieuw jasje

Twee weken geleden streken studenten van de Fontys Hogenschool voor Journalistiek Tilburg voor een dag neer in Utrecht. Ze kregen de opdracht om een verhaal te schrijven over een wijk in onze stad. Met de blik van een buitenstaander gingen ze op pad. Het leverde een aantal mooie verhalen op. De Nuk plaatst de komende weken een selectie. Thomas Clement bezocht Kleer in Leidsche Rijn.

Terwijl veel kledingwinkels de afgelopen maanden hun omzet zagen dalen, zet een nieuwe pop-up kledingwinkel in Leidsche Rijn juist in op een experimenteel concept. ‘Kleer’ doet dat met mode die niet alleen te koop, maar ook te huur en te ruil is.  ‘’We willen de leukste inloopkast van Leidsche Rijn worden’’

De smetteloze nieuwbouwbuurten in Leidsche Rijn stralen onder de strakblauwe lucht. Groepjes kinderen racen voorbij over een breed fietspad, langs symmetrische en gloednieuwe huizenblokken. Van het oude landschap is hier weinig te bekennen. Toch is ook in deze jonge buurt nog oude bebouwing te vinden. Langs kanaal Leidse Rijn, in het zuiden van de wijk, staat tussen de klassieke huizen een oude kerk. Op deze locatie opende pop-up kledingwinkel Kleer begin september haar deuren. Het concept van de winkel is nog nieuwer is dan de wijk zelf.

Een soort inloopkast in de Metaalkathedraal.

Van metaalfabriek tot pop-up shop

Kleer, dat staat voor ‘Koop, Leen, Ruil’, fungeert volgens initiatiefnemer Kim Poldner als een soort inloopkast. Samen met haar schoonzus Nina Poldner richtte ze Kleer op. Sinds  6 september kun je er tweedehands kleding kopen, lenen en ruilen. ‘’Met ons initiatief willen we mensen aansporen om duurzamer en creatiever om te gaan met hun garderobe’’, vertelt Kim. ‘’Onze ambitie is om de leukste inloopkast van Leidse Rijn te worden.’’ De term ‘inloopkast’ is hier op zijn plaats: de winkel is klein en neemt maar een klein deel van de voormalige kerk, de Metaalkathedraal, in beslag. Aan weerszijden vind je goedgevulde kledingrekken, op de wand hangen kleurrijke bloesjes. Een subtiele, friszoete geur draagt bij aan de moderne sfeer. ‘’De Metaalkathedraal is een perfecte plek voor Kleer. De kerk heeft vroeger dienstgedaan als metaalfabriek: je ziet de metalen frames nog hangen. Tien jaar terug heeft een kunstenaar het pand gekocht en er een culturele broedplaats van gemaakt, met focus op een duurzame toekomst. Het is dus geen toeval dat we hier zitten. Bovendien woon ik hier op tien minuten fietsen’’ voegt ze lachend toe.

Circulaire mode

Het idee voor een pop-up shop borrelde op tijdens de quarantaine. Zowel Kim als haar schoonzus Nina waren al bekend in de wereld van duurzame kleding. ‘’Ik heb mode gestudeerd en al ben eigenlijk al 15 jaar bezig met ‘circulaire mode’; kleding die je niet weggooit maar hergebruikt. Nina shopte het liefst fast fashion, maar is uiteindelijk overtuigd van de mooie gedachte achter tweedehands en vintage kleding. Ze wist voor drie euro de mooiste stukken ertussenuit te pikken. Zo kwam ze op het idee om er meer mee te doen.’’ Nina organiseerde in de metaalkathedraal al drie keer eerder een kledingruil. Tijdens de quarantaine besloot het duo het erop te wagen en te gaan werken aan een kledingwinkel waar je ook kleding kunt lenen en ruilen. De schoonzussen dragen beide op hun eigen manier bij aan Kleer: Nina verzon het idee en houdt zich bezig met de styling,  Kim zich richt op het businessconcept en de marketing. ‘’We zijn nu aan het verkennen hoe we een breed publiek kunnen bereiken. Er zitten veel tweeverdieners in Leidsche Rijn die waarschijnlijk veel online kopen. We proberen die doelgroep binnen te halen en ze zo wat bewuster van mode te laten genieten.’’

“Ze nemen wat mee naar de winkel maar ook wat terug naar huis”

De kleding die je vindt in Kleer is moeilijk in één genre te vatten. Kim doet een greep in het rek, rechts tegen de wand. ‘’Deze blouse past mooi op een wat klassiekere outfit. Je zou dit bijvoorbeeld kunnen lenen voor een feestje. Aan de andere kant hebben we wat meer casual hangen, zoals spijkerjasjes en jeans’’ Het grootste deel van de voorraad komt van klanten die wat hebben meegenomen. ‘’Met meer bezoekers kunnen we het inloopkastconcept steeds beter toepassen. Ze nemen wat mee naar de winkel maar ook wat terug naar huis. Zo dragen ze niet alleen maar bij aan een duurzame, maar ook gevarieerde garderobe.”

Achter de houten toonbank van Kleer vertelt Kim dat de plannen voor de toekomst afhangen van de klandizie. ‘’We zitten hier in ieder geval tot het einde van dit jaar, vier maanden. Als we aan het einde van het jaar genoeg klanten hebben, kunnen we dit idee doorzetten. Nina wil in dat geval misschien zelfs haar baan opzeggen om fulltime te werken voor Kleer.’’ Ook als het minder druk wordt dan verwacht blijft Kleer actief, benadrukt Kim. ‘’We blijven in ieder geval nog incidentele events houden.’’