Een voordeel van regelmatige rooster- en dienstenwisselingen is dat je met vaste diensten de nodige afwisseling krijgt. Keeps you on edge… so to say. Het voorkomt het ‘rondje-rond-de-kerk-syndroom’ hoewel ik ook enkele collega’s heb die daar juist voor kiezen. Chauffeurs? Het zijn net mensen.
Een nadeel is dat je sommige vaste karakters gaat missen. In dit geval een vrouw van mijn lengte… rond de 1,80m… geschat vanaf de driver’s seat, voor een vrouw best groot. Ze is zo’n veertig jaar. Niet al teveel ‘licht’ in haar ogen, maar met een zeer vriendelijke begroeting. Iemand van een sociale werkplaats volgens mij. Ze ging altijd op dezelfde plek zitten als dat kon, met haar boodschappenkarretje. Rechts voorin. Waar ook de meeste kleine kinderen willen zitten die nog niet aan een mobiel of tablet gekluisterd zijn of daarmee zoet gehouden worden zodat de ouders ‘nuttiger’ dingen kunnen doen.
De eerste keer dat ze instapte, wist ik eerlijk gezegd niet wat ik meemaakte. Een rustig en vriendelijk persoon neemt plaats en ik verwachtte helegaar niets. Tot het eerste verkeerslicht. Het stond op rood (vaak maar even, voordeel van het vak) maar de dame in kwestie reageert met een waarschijnlijk onbedoelde maar sensueel geuite reactie:
“Oooohhh”
Kort daarop krijg ik groen en terstond een reactie van dezelfde dame:
“Jaaaaaaaahhh”
Maar nu met zo’n intonatie dat ik dacht dat ze op weg was naar een mentaal orgasme. Een verkeerslichtfetisj? Nee… ze was niet raarrrr… maar wel héél bijzonder. Eerste reageerde ik nog met:
“Wat zegt U?” Geen reactie… licht schommelend (dat viel op in de binnenspiegel vanuit mijn ooghoek) bleef ze in zichzelf mompelen… Ook toen ik het een tweede keer vroeg, inmiddels bij een halte zodat ik me even rustig om kon draaien om haar even in de ogen te kunnen kijken, bleef het bij nauwelijks verstaanbaar gemompel zoals ik in ‘Rainman’ gezien had, terwijl ze zachtjes schommelde. Ze zat in haar eigen wereldje. Ze keek ook niet terug.
Slechts één keer was het storend voor m’n concentratie en dat was omdat ik op een andere dag een dienst reed die de eerstvolgende bus reed met haar bestemming. Ze had haar vaste bus blijkbaar gemist.
En dat – ‘jaaaah… bus gemist en ook geen taxibus… jaaah… wat nou?’ – mompelde ze, goed verstaanbaar, in een herhalend riedeltje met intervallen van een halve minuut, van haar opstaphalte tot haar eindbestemming. Geloof me… na vijf minuten wist ik het wel. Na tien minuten al helemaal en na twintig minuten, vlak voordat ze uitstapte, voelde het tenenkrommend. Ondanks dat ik mezelf voorhield kalm te blijven en er niet op te letten.
Ik zag haar met wekelijkse frequentie op woensdag. Ik glimlachte elke keer bij haar ‘ooohhs’ en ‘jaaaaahhs’. Door een nieuw rooster zag ik haar niet meer maar gelukkig kan ik het inmiddels beamen dat afwisseling een goed iets is. Anders had ik meerdere, bijzondere vaste klanten nooit ontmoet. En sommigen mis je als kiespijn.
Als ik tegenwoordig in de bus stap, vraag ik me af: zou dit hem zijn? De chauffeur die me elke week weer een vrolijk humeur bezorgt met deze verhalen.