Ze was het enige Nederlandse slachtoffer van de aanslagen op de Twin Towers, 11 september 2001: Ingeborg Astrid Desiree Lariby, achternicht van de Utrechtse schrijver en columnist Jerry Goossens. In een podcast voor RTV Utrecht vertelde Jerry me uitvoerig over zijn beweegredenen om een roman te wijden aan Ingeborg. Het is eerherstel voor de vrouw wier naam hij las in een complottheorie over 9/11, waarin hij ook zijn eigen naam aantrof. Het resulteerde in een zoektocht vol zijpaden die rampzalig eindigt in New York. Het verhaal bleef me intrigeren. Wat als Ingeborg miraculeus ontkomen was? Een antwoord uit het hart van de Verenigde Staten...
Jerry,
Awesome hoe je me in je nieuwe roman op een voetstuk hebt gezet als oogverblindende kosmopoliet in de stad der steden. Door de dubbele bodems van de literatuur heen kijkend, zie ik ook hoe je jezelf in perspectief plaatst als gefnuikte schrijver in een eeuwenoud provinciestadje. Ach Jerry, ach Utrecht…
Graag bedank ik je voor je inspanningen als romancier om me mijn existentie terug te geven. Ik neem ook de literaire vrijheid waarin de grenzen tussen werkelijkheid en fictie vervagen om te vertellen dat ik niet ben vergaan op 11 september 2001, ja, dat het me anders verging. Ik ben er nog, al is het een ander bestaan. Het is waar dat mijn oude naam met die bijna drieduizend anderen in brons is vereeuwigd op Ground Zero, de plek waar ik na 9//11 nooit gevonden ben. Dat klopt ook. Ik was snel verdwenen, zij het niet in pulver.
Inderdaad heb ik gezien dat een vliegtuig de noordelijke toren was binnen gevlogen. Wie kon bedenken dat binnen acht minuten een tweede vliegtuig onder mij de zuidelijke toren zou doorboren?
Ik wist dat mijn klanten safe waren. Nu moest ik mezelf in veiligheid brengen. Met de liften? No way. Als countermanager wist ik goed waar de exit was voor trappenhuis A. Ik rende ernaar toe. De eerste galerij trappen na mijn 93-verdieping gingen nog wel. In de ruimten boven de 84-ste kwam de walm omhoog. Ik wikkelde mijn zomerse sjaal om mijn neus en mond en depte mijn tranende ogen met de tissues die ik uit mijn tas had gegrist. In de stress van het moment heb ik die tas op mijn bureau laten staan. Vandaar dat ze later mijn pasjes terug gevonden hebben, maar niet mijn ticket naar Cuba, voor zaterdag 15 september. Die is verbrand met mijn paspoort. Ik ben later op Cuba geweest, toen ik geen Lariby meer was.
Mede door mijn woon-werkwandelingen uit de East Village had ik een goede conditie. Ik schoof door de vreselijke mist tussen de 85-ste en de 78-ste heen en was snel buiten. Daar was het een chaos. Brandweer, radeloze mensen, ook net uit de torens.
Wat moest ik doen? Ik was in shock. Ik ben naar de rivier gelopen. Er was daar een vent bezig om mensen te evacueren met een oud marine barrel, een ruim soort sloep. Het was nota bene een voormalige Hollander die al jaren in het Chelsea Hotel woonde, Willem van Es. Hij was behangontwerper of zoiets. Ik stapte in met een stuk of tien andere overlevenden. We staken over. Het was vreemd stil aan bord.
Midden op het kalme water raakte ik in een trance, met de rookwolken in mijn rug van de torens die er niet meer stonden.
In die roes ben ik lang gebleven. Het was het begin van een nieuwe richting in mijn leven. Jij beschrijft het goed in je roman: 9/11 was de Genesis van de 21-ste eeuw, de oude wereldorde was onder het puin bedolven. Je schrijft ook dat mijn verhaal verteld moet worden, omdat het me zo genadeloos was ontnomen. You’re welcome. Maar mijn verhaal ging verder door deze drastische wending. Het geloof in mijn onbegrensde kosmopolitische leven was letterlijk de grond in geboord. Ik leefde in een soort zielsverlamming. Paralyzed.
In die staat wilde ik oplossen. Verdwijnen in een ander bestaan. De scheiding had me al veel gedaan, nu voegde dit zich erbij in al zijn wreedheid. Er was geen ratio meer, ook niet van een kosmopolitische zakenvrouw. Ik wilde er niet meer zijn, anders dan als slachtoffer van de aanslagen op de Twin Towers. Ik was door de impact van alles mezelf niet meer, wat niet betekende dat ik niet meer bestond. Ik moest ten eerste de stad uit die was stil gevallen. Ik had nog een paar honderd dollar cash in mijn binnenzak, een veilige reserve. Ik kon kopen wat ik onderweg nodig had.
Als een fantoom ben ik aangekomen in Denver, Colorado. Die stad was me te groot. Ik ging zuidelijk verder, kwam terecht in Salida, een voormalig mijnstadje, opgeknapt door vermogende hippies van de westkust. Een van hen was kunstenaar, schilderijen, objecten, dat werk. Een heel spirituele man, groot fan van de Rolling Stones en Bob Dylan. Hij bood ontferming, ik vertelde over mijn pijn, mijn transitie. Ik kwam weer overeind, want veerkracht had ik genoeg, maar dat hele flamboyante was ik kwijt. Misschien kun je je er als mens en schrijver iets bij indenken. Door de ingrijpende ervaringen was ik toe aan meer verinnerlijking. Ik was de man tegen gekomen die ik in New York niet kon vinden. Hij wilde verder met de andere vrouw die ik werd. Ik nam zijn achternaam aan. Moet je nagaan, Salida is Spaans voor uitgang.
Het veranderde toen ik mijn oude naam las op het internet, als onderdeel van een complottheorie over de Twin Towers. Het confronteerde me met een voorbij leven dat misbruikt werd om met mij het leven van alle andere slachtoffers te ontkennen. Volgens jou werd ik andermaal vermoord. Allemaal om te verkondigen dat de bedenkers van de aanslag duivelse Amerikanen waren. Geen Amerikaan had willen bedenken wat ik die morgen meemaakte in die toren. Amerikanen genoeg die willen geloven wat er achteraf voor crazy bullshit over verzonnen is.
Voor mij was het al voor 9/11 helder. Amerika is historisch uitgegroeid tot een monetaire moloch, een kapitalistische constructie, wat iets anders is dan een samenzwering. Ik had de schaduwkanten gezien, het racisme, de kloof tussen arm en rijk, het tegendeel van the American Dream. Ja, op die 93-ste verdieping had ik ruim uitzicht op dat ravijn. Beneden was de lifestyle aangenaam. Tot 9/11. De torens waren prachtig, maar ook een symbolisch duo, althans voor hen die meenden dat met die twee de Amerikaanse hoogmoed ten val moest worden gebracht.
George W. Bush zat niet achter de Twin Towers, maar twee jaar later wel in het internationale complot rond de massavernietigingswapens, het valse voorwendsel om Irak binnen te vallen. In Salida heb ik in 2008 de verkiezing van Obama meegemaakt. Een verademing voor acht jaar, maar niet voor de onderbuik van de States. Ze hebben voor Trump gekozen, mede omdat ze tegen Hillary Clinton waren. In je roman situeer je veel in 2015, de opkomst van Trump. Je hebt gezien wat ervan gekomen is. Een bewind dat sterk uit was op een Great Dictatorial Reset.
Ik ben nu vroeg in de zestig, al lang ontsnapt aan de slachtofferrol, anders dan ik door de complotdenkers gecast werd. Ik ben geen vicsim, een verzonnen slachtoffer. Ik heb wel mijn talenten als schrijfster weer opgepakt. Andermaal onder mijn andere naam. Bij ons in de Rockies schrijf ik artikelen en houd ik bijeenkomsten gericht tegen al dat dubieuze gedachtegoed. Trump komt niet terug. Hij is niet het probleem, maar zijn grote aanhang. Het zijn er veel en niet allemaal hersenloos. Mannen en vrouwen, meestal blank, met een ouderwetse hang naar Law and Order en een hekel aan Washington – alles anders dan een vreedzame, liefdevolle, tolerante en constructieve mensenmaatschappij.
Bij jullie lopen ook van die volksmenners rond. Die Thierry met zijn forum vol klieren. Hij is een weekje geschorst voor de Tweede Kamer – heel uitzonderlijk. Koren op de molen van zijn fans natuurlijk! Het blijft een slang met een hoofd vol reptielen.
Terug naar je roman. Ik heb me wel vermaakt met het bezopen verhaal van jouw mislukte opsporingen in New York. Ik vind dat je wel een karikatuur van de schrijver maakt als dolend drankorgel. Ik mag hopen dat je samen met Danielle passende afstand hebt tot het personage met jouw eigen naam.
Zoek mij verder niet. Ik ben de oude niet meer. Ik heb een goed leven, ver van Manhattan.
Embrace, sincerely,
Ingeborg
Jerry Goossens, Ingeborg, Uitgeverij Podium, 22.99
Mooi… maar wel een beetje zwart/wit en stellig omtrent de ware toedracht… en dan die derde toren!? Maar ja… it was with or against us. Geen middenweg mogelijk. Net als nu in Oekraïne.
Ik vond het persoonlijk wel opvallend dat er na 9/11, nooit meer documentaires te zien waren over gecontroleerde instortingen op Discovery.