Komende zomer is het alweer tien jaar geleden dat Utrecht de magische metamorfose tot wereldstad beleefde. Het was het miraculeuze effect van de Tour de France. Het wonder voltrok zich, na een lobbycampagne van meer dan elf jaar. De stad zinderde. Fantastique, hoe het peloton onder de Domtoren doorreed. Over de blijvende effecten wordt verschillend gedacht. Een herhaling is uitgesloten. Het tienjarige jubileum van de Tour sous le Dom mag toch niet helemaal geruisloos voorbij gaan.
Er zijn momenteel natuurlijk veel urgentere kwesties aan de orde. Een demonstratie tegen het fascisme moet niet beperkt blijven tot Amsterdam, zoals dit weekend. In de tamelijk progressieve stad Utrecht zou een vervolg moeten komen, vooral omdat de zorgen nog lang niet voorbij zijn en het Domplein ideaal is om een jonge generatie tegen het rechts-radicale kwaad bijeen te brengen. Ze komen deels op de fiets.
Utrecht is fietsstad bij uitstek, met wereldberoemde fietsparkeergarages. De stad is de enige ter wereld die alle grote wielerronden heeft ontvangen: achtereenvolgens een etappefinish van de Giro in 2010, en de Grote Starts van de Tour in 2015 en de Vuelta in 2022. Cor Jansen, de tomeloze fietsburgemeester van Utrecht heeft ook nog de Giro willen laten beginnen in een van de komende jaren. Sharon Dijksma was niet enthousiast. Het was wel genoeg met die rondes. En ook te kostbaar, gelet op de enorme bezuinigingen waar ook Utrecht mee te maken krijgt. In dat licht is het historisch extra bijzonder dat de stad het voor elkaar heeft gekregen om die wielermonumenten te ontvangen. Het kón nog en dat was een rijkdom.
Het is moeilijk om het in exacte cijfers uit te drukken, maar ik weet zeker dat Utrecht nog steeds geld verdient met de verworven faam als parel in het hart van Nederland die wereldwijd is ontstaan door deze grote televisie-evenementen. Als ik dit schrijf hoor ik de Utrechters brommen voor wie het allemaal niet hoeft. Het is véél te druk geworden in de stad. Amsterdamse toestanden!
Duidelijke gegevens over 2015 zijn er wel, verzameld door de Universiteit Utrecht, het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap USBO. Ik citeer uit het rapport van 14 januari 2016: ‘Le Grand Départ was één groot feest van, voor en door de stad Utrecht. De vele bezoekers gaven de start van de Tour de France een hoge waardering. De Tour heeft een aanzienlijke economische impact en mediawaarde gegenereerd, ondanks een relatief beperkt budget.’
Dat budget bedroeg 15,4 miljoen Euro. Met dat geld werd ook het activatieprogramma gefinancierd, de culturele aanloop van honderd dagen. Het begon tien jaar geleden rond deze tijd. De agenda telde 250 activiteiten. Er werkten 7500 vrijwilligers aan mee, het trok 138.000 deelnemers en 570.000 bezoekers. Het was veel meer dan de ramingen van de gemeente: 50.000 deelnemers en 250.000 bezoekers. De economische impact van de Grand Départ zelf was inclusief de bestedingen in de regio 25.277.000 Euro. De nationale mediawaarde bleek met 33 miljoen euro meer dan het dubbele van de oorspronkelijke schatting van de gemeente: 15 miljoen.
Jazeker, Utrecht had zich misrekend en behaalde een ongekende Tourwinst.
De revenuen van deze legacy op toeristisch gebied zijn na tien jaar lastiger te berekenen. De meeste bezoekers komen toch voor de geweldig gerenoveerde Domtoren en de grachten, iconen die ze kunnen zien als ze willen. Daarbij denken ze niet aan Tom Dumoulin en Chris Froome, de wielersterren van toen. Hun namen komen niet meer op de startlijsten voor, maar de naamsbekendheid van de stad blijft. Het is een hele uitdaging om die te vermínderen.
Afgelopen week werd bekend dat Edinburgh de Grand Départ van 2027 mag vieren. Het stond al vast dat Barcelona het Tourfeest van 2026 organiseert. Zonder dat het Utrecht een eurocent kost, krijgt de stad nieuwe statuur op een almaar groeiende lijst van gerenommeerde niet-Franse Toursteden. Kijk maar naar de lijst na 2015: Düsseldorf 2017, Brussel 2019, Kopenhagen 2022, Bilbao 2023, Florence 2024, Barcelona 2026, Edinburgh 2027. Denk ook aan vroegere niet-Franse steden als Amsterdam 1954, Keulen 1965, San Sebastian 1992, Dublin 1998, Londen 2007, Rotterdam 2010 en Leeds 2014. Zeker, Utrecht heeft allure.
Er hoeven geen miljoenen uitgeven worden aan een nieuwe Tour. Het kost niet veel om toch een klein feest te wijden aan het tienjarige jubileum. Vreemd genoeg is het daar erg stil over in de stad. Iemand moet het toch doen. Afgelopen vrijdag kwam het sympa idee op voor een middag vol Utrechtse Tourmémoires in Café Willem Slok. Het gaat gebeuren op zaterdag 28 juni, een week voor de Grand Départ in Lille. Er zal Franse kaas zijn en goede wijn. Aan de gastenlijst wordt gewerkt.
Bienvenue vanaf 16.00.
Laat uw reactie achter
Reactie