Madeleine van der Burg (1992) is fondsenwerver bij de Maag Lever Darm Stichting, coördinator bij de Voorleesexpress en stadsambassadeur bij Thirty030. Verder gaat haar complete budget op aan concerten, verre reizen en de eeuwige zoektocht naar de beste cheesecake van Utrecht.
Utrecht. Stromen mensen. Ze slingeren langs elkaar heen, botsen bijna en gaan altijd weer door. Met het Centraal Station als epicentrum. Per dag komen hier 900 treinen af en aan, die samen 57 miljoen reizigers per jaar vervoeren. In de fietsenstalling van het Centraal Station ben ik al eens verdwaald geraakt en onderweg naar de Neude ben ik al minstens 100 keer bijna aangereden. Druk? Ja-zeker. Maar zo lang niemand zorgt dat jouw planning scheef loopt, is er niks aan de hand. Alles loopt op rolletjes en voor de rest hebben we geen tijd.
Ik betrap mijzelf vaak op deze gehaastheid. Laats nog, tijdens Le Guess Who, een muziekfestival door heel Utrecht heen met bezoekers uit de hele wereld. Op mijn racefiets slinger ik met gemak tussen de festivaltoeristen (die de Nederlandse fietspaden niet helemaal begrijpen) door, vind ik een plekje voor mijn hangslot aan de Bemuurde Weerd en haastte ik me naar binnen bij de Ekko om een concertje te zien. Precies op tijd.
Op zaterdagen in de binnenstad loop ik door de steegjes waarvan ik weet dat het rustig is. Wanneer ik op Utrecht Centraal ben, loop ik het liefste door de tunnels onder de sporen. Ik vind het allemaal prima, die mensen, zolang niemand zorgt dat ik mijn trein / afspraak / concertje mis.
Afgelopen dinsdag was ik weer op Utrecht Centraal. Plotseling gaat er een alarm af en het station wordt ontruimd. Hordes mensen wachten tijdens de avondspits op het stationsplein als pinguïns op een poolvlakte. Dan begint men ineens met elkaar te praten. Of het loos alarm zou zijn en over waar we naar onderweg zijn. Zonder de treinen is er genoeg tijd voor een praatje.
Het blijkt inderdaad loos alarm en de treinen kunnen weer rijden. De machine genaamd Utrecht Centraal start weer op en men stapt weer in, of over, of door. Lege koffie bekertjes worden weggegooid, tassen weer van de grond gepakt en op ruggen gehangen. Voordat je er erg in hebt is alles weer zoals het was. De gesprekken verdwijnen met de vertrekkende treinen.
Ik neem mijzelf voor is wat vaker niet te haasten. Om wat meer om me heen te kijken en me te verwonderen. Utrecht stroomt over van inwoners, bezoekers, toeristen en verhalen. En het worden er alleen maar meer. De volgende keer mis ik expres mijn trein en ga ik zitten op een bankje. Misschien maak ik zelfs een praatje met een vreemde.
Wat een geweldig leuk artikel.
Hoop dat velen je voorbeeld zullen volgen, of dat misschien al doen.
Een spraakmakend artikel wat iets zegt over de huidige (gekke) tijd. Maar wees gerust, deze gekte begon al in mijn werkzame jaren dertien jaar terug. Ik ging eerder van huis en nam de stoptrein. Ik kon me dan geconcentreerd voorbereiden op een spreekbeurt, in een coupe die alleen door mij bezet was. Onze infrastructuur loopt al jaren dramatisch achter de feiten aan. De NS en vooral de gemeente Utrecht zijn hier debet aan. Utrecht is bestuurlijk een kruideniertje die al tientallen jaren mega-supermarkt is geworden. Neem als voorbeeld het vooroorlogse traject naar de Uithof met lijn 12 (ik weiger de nieuwe naam te bezigen). Ga vooral zo door met het schrijven van dit soort artikelen en kijk verwondert om je heen, want wie zich verwondert wordt immers honderd. (Jan Hoogendoorn(69) schrijft af en toe over het verleden in De Oud Utrechter en is broer van Margriet uit De Nuk)
Bedankt! Ik hoop het ook
Dag Jan Hoogendoorn, bedankt voor de reactie! Toevallig heb ik een sticker op mijn laptop met daarop de tekst ‘wie zich verwondert wordt honderd’, daarover zijn we het dus eens. Groeten Madeleine