Busverhalen

Mafkees

Het moge duidelijk zijn. Buschauffeurs verschillen onderling evenveel als de passagiers die zij vervoeren. Hierbij doel ik voor dit verhaal (een eenmalig gebeurde, gelukkig) op hoe we op verschillende situaties en vooral op ‘andere mensen’ reageren. Zelf behandel ik iedereen gelijkwaardig. Ik ben neutraal als professioneel vervoerder en daarnaast ben ik mensch. Een mensch die iedereen op dezelfde manier begroet. U zult me zelden bijvoeglijke naamwoorden zien gebruiken die betrekking hebben tot zichtbare achtergronden.

Ik stond na een pauze te wachten op mijn bus om degene te verlossen door deze af te lossen. De chauffeur die afstapte, kon gaan eten en ik kan al rijdend, mijn zojuist verorberde volkoren bammetjes om gaan zetten in energie… Ja, ik zit beweeglijk. De weg werd geblokkeerd door een mafkees die midden op de weg geparkeerd stond terwijl er een groot, grotendeels ongebruikt parkeerterrein naast was. Gelukkig zat de eigenaar, druk bellend, in de auto want als deze het nabij gelegen winkelcentrum in was gegaan, was het een lang verhaal geworden. De naar pauze snakkende chauffeur moest toch nog aardig remmen want zo’n situatie ligt niet bepaald in de lijn van verwachting.

Na een lange claxonnade van mijn collega, heen en weer geschreeuw door een busraampje en vice versa door een half geopende deur van een VW-Golf, reed Remi eindelijk door. Mijn busbroeder halteert en de deuren gaan open. Ik besloot meteen te ageren met:

“Wat een mafkees!” En dat was gemeend. Zijn reactie was niet mals. Ik begreep heel goed dat de chauffeur boos was al had ik iets korter de claxon ingedrukt. De lengte van zo’n geluid zegt namelijk iets over het verschil tussen ‘Hé flappdrol… let es op!’ of dreiging van ècht verkeersgevaar. Van het laatste was geen sprake en zo werd dat ook door Remi ervaren.  

“Kutmarokkaan!” Die zag ik niet aankomen. De bus was halfvol en ik keek met acute, plaatsvervangende schaamte, meteen in het rond of er geen passagiers waren die enigszins aangezien konden worden voor de specifiek omschreven doelgroep maar dan zonder de eerste drie letters. Ik schaamde me echt terwijl ik aan het hersenkraken was over hoe ik hier op moest reageren want in mijn optiek is een eikel een eikel, ongeacht achtergrond. En dat is dus echt split second thinking… Mensen zitten in de bus, verlaten en betreden de bus en ik keek vanuit mijn ooghoeken wat de non-verbale reacties waren tijdens de kortstondige tirade van mijn collega. Het bleef opvallend stil. Ongewoon stil. Het werd niets meer dan:

“Wat een mafkees zeg… echt asociaal!” Wat ik ook meende maar dat maakte geen indruk en er kwam nog een schepje bovenop welke ik niet als volledig citaat wens op te schrijven. Enkele woorden uit de tirade waren ‘woestijn’, ‘terug’ en wat genitaliën op z’n Bargoens. Daar zult u het mee moeten doen.

De chauffeur was gestrest, was boos en blies de spreekwoordelijke stoom af. Ik had in discussie kunnen gaan of tegengas geven… maar mijn ervaring leert dat boze mensen veelal niet voor rede vatbaar zijn. Buiten dat heb ik het een beetje opgegeven om met mensen die zulke taal uitslaan, zeker in het bijzijn van passagiers, in gesprek te gaan. Beter voor m’n bloeddruk zal ik maar zeggen.

“I get the point…” zei ik terug en dacht: ‘Snel aflossen!’.

Gelukkig ging mijn collega de bus uit, al foeterend, zodat ik na dit ‘incidentje’ de bus over kon nemen. Stiekem blij dat er alleen witte mensen in de bus zaten want een klacht was het zeker waard. Hoewel… blij? Samen met schaamte gaf het een dubbel gevoel.

Auteur B.U. Shido
Auteur

B.U. Shido

Laat uw reactie achter

Reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *