Betsy Argeloos en de Wenswijzer

'Één grote terrassenjanboel met een hoop herrie en massa’s peuken op straat'

Betsy Argeloos komt aan op perron 17 en wil naar het centrum. Ze gaat met de roltrap naar boven en komt terecht in een stationshal van gigantische afmetingen. Ze schrikt er een beetje van.

Aan het einde staat in reuzenletters: Uitgang Centrumzijde. Die kant moet ze dus op. Maar eenmaal buiten ziet ze op een richtingaanwijzer dat ze verkeerd is. Het centrum van Utrecht is naar links. Als ze naar rechts zou gaan, dus naar HC, komt ze in iets van vroeger, namelijk in het ‘Historisch centrum’.

Maar waaruit bestaat het centrum van Utrecht dan precies? Betsy is de hele hal weer doorgelopen en ziet nu een plein, een paar hotels, een stuk of wat kantoor- en woontorens, een mega-bioscoop en gebouwen van de Jaarbeurs.

Ze heeft zin om te shoppen, maar winkels ontdekt ze niet.

Is ze in de maling genomen? Een stadscentrum zonder winkels, maak het nou.

In sommige landen, bijvoorbeeld in Marokko, hebben veel steden twee centra: de medina met een wirwar van nauwe straatjes, en een veel overzichtelijker moderner deel.

In Utrecht is de medina, het gebied binnen de singel, de afgelopen 100 jaar flink op de schop genomen. Er werd ruimte gemaakt voor de auto, warenhuizen, Jaarbeursgebouwen, een nieuw politiebureau, de Kamer van Koophandel, parkeergarages, een immens postkantoor, een kinderziekenhuis, enzovoort. Historie en moderniteit door elkaar, wij Utrechters doen het er mee.

Wij wèl, maar het gemeentebestuur niet. Dat droomt van een stad ongeveer zo groot als Den Haag, met aan de westkant van het spoor een tweede centrum, eigentijds, toekomstgericht.

De richtingaanwijzer op het Stationsplein is een wenswijzer.

Ik woon al 44 jaar in de medina, om preciezer te zijn Achter Sint Pieter, toch bijna net zo chic als de Nieuwegracht. En wat zegt een familielid me recht in m’n gezicht? Dat het bij mij in de buurt ordinair begint te worden. De horeca is er volgens hem erg afgezakt. De cafe’s langs de Vaartsche Rijn vindt hij veel prettiger.

Toevallig woont hij daar dichtbij, dus daarom zit hij zeker te katten op mijn buurt.

Maar diep in mijn hart weet ik dat hij gelijk heeft, dat het uit de hand is gelopen, dat bijvoorbeeld de Neude en het deel van het Domplein bij de Servetstraat er absoluut niet meer uitzien, dat het één grote terrassenjanboel is, met een hoop herrie en massa’s peuken op straat.

Voor mij hoeft een tweede centrum niet. Maak de binnenstad maar weer in orde.

Auteur Dick Franssen
Auteur

Dick Franssen

Dick Fransen was jarenlang gerenommeerd verslaggever bij het Utrechts Nieuwsblad. De afgelopen achttien jaar was hij als hoofdredacteur de drijvende kracht achter de Binnenstadskrant. Begin 2020 nam hij afscheid van deze krant.

Laat uw reactie achter

Reactie

1 reactie

  • Jes schreef:

    De terrassen op het Domplein doen me denken aan het terras van het Wrakkenmuseum op Terschelling, dezelfde allure. En dan loop (of glibber) je de SerVETstraat in door de Griekse vleeswalm. Even ‘n jointje halen aan de rechterkant, links ‘n paar plastic klompjes. Prachtstad!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *