In 2019 doemde op het Domplein een somber scenario op. Het werd ingegeven door een boze droom in combinatie met gevorderde leeftijd en een uitstalling van plaszuilen aan de voet van de Domtoren ter ere van Koningsdag 2019. Tijdens een wandeling stond ik oog in oog met het begin van onmiskenbaar grootscheeps steigerwerk aan de voet van de Dom.
Ze stond op het punt om jarenlang achter een alles verhullende, grauwe stofjas te verdwijnen. Ik vroeg me af of ik die trouwe, statige Dom met de diepste bronzen stem van de San Salvator klok, na de geplande restauratie van vijf jaar, nog wel terug zou zien en horen. Ik luchtte mijn vrees daarover dan ook onmiddellijk in De Nuk.
Een doodse sluier, jarenlang in de huiveringwekkende vermomming van een body bag, moest ons beschermen tegen alles wat zich erachter, daar op die steigers aan het voltrekken was. Toen ik mijn onrust daarover met een vriend deelde, antwoordde die fijntjes: “Jij hebt geen idee wat daar gebeurt, jongen – elke nacht rijden er diepladers af en aan om grote brokstukken Domtoren af te voeren. Dan kun je wel raden in welk land die toren weer wordt opgebouwd. Een paar jaar geleden is ze gewoon verpatst, man! Voor het bedragje dat ze dit jaar als tekort op de balans van de gemeente hadden voorzien. 75 miljoen. Transportkosten en wederopbouw voor de koper. Een schijntje, wisselgeld voor een beetje miljardair. Je weet hoe er hier over geld wordt gedacht. Geintje, wind je niet op, gelukkig denken ze dat er nog op tijd een ander potje voor gevonden wordt.”
Nu, vijf jaar later kunnen we de lantaarn, het stralende gezicht van de Dom met haar glanzende puntmuts, ontdaan van haar sluier alvast weer in de ogen kijken. Voor mijn gevoel nog tergend langzaam is ook intussen een deel van het bovenlichaam zichtbaar.
Alles onder de sprankelende klanken van het door stadsbeiaardier Malgosia Fiebig virtuoos bespeelde klokkenspel. Het wachten is nu nog op wat is gehuld in een lange, gérende avondrok, en niet te vergeten, benen op hoge hakken die de ruimte van de onderdoorgang markeren. Het is als een ongekend treiterende, lome striptease. Alsof Limburgia en Extase – foto’s in de etalage met borsten en zo meer, keurig verstopt achter zilveren sterretjes – nooit zijn weggeweest. Als ex-drummer in bandjes die soms in dit soort ‘danstenten’ een boterham konden verdienen, weet ik wat tergend langzaam is.
Voor de lantaarn hadden lichtkunstenaars, de gebroeders Teunissen van Manen (de scheppers van de lopende lichtjes rond de toneeltoren van de Stadsschouwburg) eind vorig millennium, een sfeervol, lantaarnwaardig lichtkunstwerk bedacht om het armetierige licht van natriumlampen te vervangen. Iemand bij de gemeente die ook het erfgoed beschermde dacht daar helaas anders over. Het project werd dan ook weggestemd door een puristische meerderheid in het Utrechtse beschermers-gilde. Ach, misschien wel goed hoor, die nuchtere kijk op het unieke, historische erfgoed van onschatbare waarde. Het zou fijn zijn geweest als dat gilde het nep-neon geknutsel aan het voormalige postkantoor aan de Neude (nota bene een Rijksmonument) had weggestemd. Intussen wordt er nagedacht over een nieuw lichtplan voor de Dom, gestimuleerd door het succes van De gekleurde stad, in de afgelopen winter.
Enfin, we zullen het zien als de Dom over enkele maanden haar opgefriste schoonheid van hoofd tot voeten heeft getoond. Kunstenaar Paul Klemann, vanger en kneder van het ongrijpbare in licht, kleur en beweging had ook ooit een droom van de Domtoren, opgenomen in de collectie van het Centraal Museum. Zij wilde graag weer worden verbonden met de Domkerk. Of daar een potje voor te vinden zal zijn, valt te betwijfelen.
Terug naar de openingsregel van deze knalerwt: het ziet ernaar uit dat mijn sombere overpeinzingen, vijf jaar geleden, in de prullenbak kunnen.
Hoera! Leve de Dom! De langste striptease ter wereld. Licht uit! Applaus! Licht aan!
Stond gisteren op het domplein en keek naar boven. Blij dat hij weer tevoorschijn komt bedacht ik: “wat is het toch een fantastisch mooie toren”.
En hij wordt alleen maar mooier!
Ik ben bevoorrecht; kijk uit op de Dom vanuit onze slaapkamer, een plaatje. Wat opvalt is; veel lichter gekleurde stenen. Mooie zandsteen kleur. Zoals oorspronkelijk denk ik. Het wachten waard.
Fantastisch,wat een schoonheid onze dom.geweldig.Ik woon al 80 jaar in utrecht.Genieten van de prachtige gerestaureerde dom.Ik heb het geluk om in het centrum te wonen.