Dit jaar bestaat haar LIVStores vijf jaar

De keuzes van Marjan Londeman: “De IKEA-catalogus is al jaren mijn favoriete boek”

Marjan Londeman

Marjan Londeman (1962), geboren in Groningen, is eigenaar van LIVStores in de Twijnstraat en dit jaar hoopt Marjan het eerste lustrum van haar zaak te vieren. Ze had een duidelijk concept voor ogen: een winkel met duurzame merken dameskleding die op een eerlijke manier zijn gemaakt. Bovendien wordt de kleding, die zij verkoopt, ontworpen door Nederlandse designers. De mode werd haar met de paplepel ingegeven: haar vader had een schoenen-agentuur en moeder werkte als  coupeuse bij de gerenommeerde damesmodezaak Maison Swarte in Groningen.  

“Als kind was ik altijd in de buurt van mijn moeder en haar naaimachine te vinden. Van de restjes stof, die overal lagen, maakte ik bijvoorbeeld een Chanel pakje voor mijn Barbie. Mijn zoons kennen dit verhaal en zeggen gekscherend: “Nu kun je de hele dag met Barbie’s bezig zijn”. En een winkel? “Het zat er al vroeg in want ik heb, zodra ik mocht werken, altijd in winkels gestaan. Bij de sigarenboer om de hoek tot aan de Xenos. In Groningen deed ik de School voor de Detailhandel. Daarna werd ik toegelaten tot de Nimeto in Utrecht, waar ik de opleiding etaleren en decoreren volgde. De school zat toen nog aan de Kievitstraat in een oud pand waar alles kon, als het nodig was voor een presentatie schilderden we het hele pand roze. Een heerlijke tijd met creatievelingen onder elkaar. Ik leerde om een winkel in te richten en de “koopreis” die een klant aflegt vorm te geven. 

Ik kreeg een baan als decorateur voor IKEA, ik voelde mij bij dit bedrijf als een vis in het water. Ik werd leidinggevende en de nieuw te openen vestiging in Delft werd mijn verantwoording. Plannen, tekenen en personeel aannemen. In drie maanden hadden we met elkaar een winkel gebouwd. Ik ontmoette mijn man, we kochten een appartementje in de Martinuskerk, kregen onze eerste zoon. De Twijnstraat, bij ons om de hoek, was een straatje met zwervers en bierdoppen, echt nog niet het leuke straatje dat het nu is, maar toch had ik iets met dat kleine straatje. Het appartement werd te klein en we verhuisden naar Wijk bij Duurstede. Inmiddels was ik gestopt bij IKEA, ik heb daar tien jaar gewerkt en als ik de knoop niet door had gehakt dan had ik er nu nog gezeten, een heerlijk bedrijf. We kregen nog twee jongens en we gingen op zoek naar iets groters, maar dat konden we hier in de omgeving niet vinden. Uit frustratie kochten we een huis in Friesland. Daar volgde vijftien jaar van boten, watersport en ons huis opknappen. Ik werkte op een scheepswerf, ontwierp een “inklapbureau” voor een flexwerkplek en kon al mijn creativiteit kwijt in het bakken van de taarten van Abel. We hadden een eigen boot, ik haalde mijn vaarbewijs en het diploma marifonie. Als ik iets doe dan doe ik heb goed, alles voor tweehonderd procent. In de zomer zwierven we drie weken over het wad, leefden we met het getij en kwamen dan geheel verwilderd weer terug.”  

“Ik haalde mijn vaarbewijs en het diploma marifonie”

“Ik leerde een ontwerpster van tassen kennen die ze niet verkocht kreeg, ze kreeg geen voet aan de grond bij bestaande winkels. Dit ga ik proberen: kleine ontwerpers faciliteren. Ik benaderde ontwerpers en bedacht hoe je mooie spullen zou moeten presenteren. Niet op pallets in een pop-up store die na een paar maanden weer is verdwenen, maar in een mooie zaak. Binnen vier maanden had ik een pandje gevonden in Zwolle en opende ik mijn eerste concept-store LIVStores. Ik had geleerd om door de ogen van de klant te kijken en probeerde mijn idee uit in Zwolle. Maar Utrecht bleef trekken en dat kleine straatje waar wij ooit vlakbij woonden bleef in mijn hoofd zitten. Er kwam een appartement vrij in de Martinuskerk en wij verhuisden voor de tweede keer naar deze prachtige plek. In mijn straatje was een pandje dat ideaal zou zijn voor mijn conceptstore. Inmiddels was de straat opgeknapt, station Vaartsche Rijn geopend, het oude politiebureau het bruisende Louis Hartlooper Complex geworden en het Nijntje Museum immens populair. Ik was terug in mijn dorp, het Museumkwartier en ik opende LIVStores in de Twijnstraat”.  

De keuzes van Marjan

Nederlandse ontwerpers, zoals Irma Borgsteede

Ontwerper

“De Nederlandse ontwerpers als bijvoorbeeld Fenny Faber en Irma Borgsteede. Ik ben bang dat het ambacht uitsterft. Deze mensen hebben een goede opleiding tot coupeur gevolgd en het resultaat is dat zij alleen maar samples maken die in het buitenland in productie worden genomen. In de ateliers hier in Nederland zitten vaak, gesubsidieerd, ambachtslieden uit het buitenland. Maar hoe zit het dan met de Nederlands ontwerpers, die krijgen geen subsidie. De Nederlandse ontwerper maakt mode voor Nederlands vrouwen met Nederlandse maten. Wij zijn langer, hebben borsten en billen. Van de kleding die bij mij in de zaak hangt ken ik ook het verhaal van de maker en van het ontwerp. Je koopt niet alleen een jasje maar ook het verhaal, het kledingstuk wordt uit de anonimiteit gehaald. Ik laat zien hoe het gemaakt is, welke knopen er zijn gebruikt, hoe de binnenkant is afgewerkt. Ik denk dat je door het verhaal te kennen je ook zuiniger bent op dat jasje, het dus langer meegaat en dus duurzamer is. Het is geen massaproductie, van een stuk zijn er vaak maar een paar exemplaren gemaakt zonder dat er kinderhandjes aan te pas zijn gekomen. De stoffen die worden gebruik zijn duurzaam en de kleding hoeft ook niet de hele wereld over om hier te komen. Ik zou graag een label willen zien “Fashion made in Holland”, maar om dat op te zetten is heel veel mankracht en geld nodig”. 

“De culotte is een broek maar toch heel vrouwelijk”

Kledingstuk 

“De culotte, eigenlijk een te korte, wijde broek. Ik draag zo’n broek in de winter met een dikke trui en in de zomer onder een jurkje. Nog niet zo lang geleden droegen vrouwen alleen maar rokken en jurken, dat veranderde langzaam en werd het dragen van broeken en mannenpakken een statement. Daarom houd ik zo van een culotte het is een broek maar toch heel vrouwelijk. Eigenlijk een lange broekrok”. 

“Daar kan ik heel blij van worden”

Kunstwerk 

“De verlichting van het Nijntje Museum, de projectie vertelt het verhaal van Nijntje. ’s Avonds lopen we vaak een ronde “zonder hond’ en dan kan ik daar heel blij worden. Iemand heeft dat toch maar bedacht, zoals bij alle kunst, daar kan ik mij over blijven verbazen”. 

“Ik heb ze allemaal bewaard”

Boek 

De IKEA catalogus, ik heb ze allemaal bewaard. Het geeft ook een tijdsbeeld van hoe het interieur door de jaren heen is veranderd. Voor mij blijft IKEA heel bijzonder omdat ik zo lang bij dit fijne bedrijf heb gewerkt. Ik kom weinig aan lezen toe, dit jaar zijn we voor het eerst sinds zeven jaar weer op vakantie geweest en toen heb ik wel een boek gelezen. Ik ben ook groot fan van interieurboeken en kookboeken. Ik kocht de eerste Jamie Oliver en de eerste Ottolenghi. Koken vind ik ontzettend leuk en creatief, je creëert met smaken”. 

“Van deze film heb ik wel een paar slechte nachten gehad”

Film 

“Ik zou niet zo gauw mijn favoriete film kunnen bedenken, we zijn lid van een filmclubje en zien veel. Ik vind Meryl Streep een fantastische actrice. Maar een film die heel veel indruk op mij heeft gemaakt en waar ik toch wel een paar nachten slecht van heb geslapen is “Body Snatchers”. Mensen worden getransformeerd tot wezens zonder emotie, ik zie dat dan meteen voor me. Ik denk nu eenmaal heel beeldend”. 

“Oortjes in en schilderen”

Muziek 

Status Quo toen ik heel jong was en later U2. Ik heb eindeloos geschilderd in huis en op de scheepswerf en daar hoorde U2 bij, oortjes in en schilderen. Nog altijd als ik die muziek hoor komen die beelden bij mij op, mijn “verfmuziek”, dat was die periode. Ik kan ook genieten van klassiek, dat heb ik later leren waarderen, of dat iets te maken heeft met leeftijd weet ik niet, maar ik moest daar de rust voor hebben. Verder kan ik heerlijk mee blèren op muziek als ik in de auto zit”. 

“`”Ik voel de grond nog deinen”

Concert 

“Bruce Springsteen in de Kuip, die sfeer. We hadden de staanplaatsen op de grasmat en omdat ik nogal klein ben heb ik een “Brucescoop” gemaakt. Een kartonnen koker met een spiegeltje erin zodat ik toch nog iets kon zien. Zo ben ik: doen wat kan, het goedkoopste kaartje, ik zat nog op de Nimeto, en er toch iets van maken. Ik voel de grond nog deinen en hoe het gras na afloop van het concert stonk, kan ik nog ruiken. Dat soort dingen blijven mij bij”. 

“Ik ga hier nooit meer weg”

Stad 

“Utrecht. Ik ben hier komen wonen toen ik negentien was. Geboren in Groningen, gewerkt in Amsterdam en Zwolle en gewoond in Friesland, maar Utrecht is mijn stad. Doe maar gewoon. Ik voel mij bij de Utrechter heel erg thuis, ik ga hier ook nooit meer weg. Ik woon voor de tweede keer in de “kerk” en werk om de hoek, deze buurt is mijn thuis. De mix hier in de buurt tussen student en hoogopgeleid, de no-nonsense mentaliteit, die spreekt mij heel erg aan”. 

“Marieke is ook ‘echt'”

Utrechter 

“Ik hou van “echte” mensen. Ik zou Marieke van Willigen willen noemen, zij is ook echt. Ik had de zaak in Zwolle en toen kwam zij binnen en ik herkende haar van haar “Jurken van Maria”. Ik vertelde  dat ik terug naar Utrecht wilde en op zoek was naar een pandje en zo is onze vriendschap ontstaan”.  

“Héron is een belevenis”

Restaurant 

“Héron. Ik vind dat wat zij doen geweldig, ze zijn origineel. We gaan daar geregeld heen en het is een belevenis. Net als wat ik doe, hebben zij ook een passie. Ze vertellen over de paddenstoelen die zij net hebben geplukt en waar ze die hebben gevonden, alles is vers. Het eten heeft een verhaal net als de kleding die ik verkoop. Dat eten en dan in combinatie met de wijnen. Ze zijn ook echt geïnteresseerd in je. Ze zijn oprecht en dat ervaar je zelden in andere restaurants. Bovendien word ik van hun eten niet ziek. Wanneer we in andere restaurants hebben gegeten lig ik vaak nog de hele nacht te “borrelen”, maar niet als ik bij Héron heb gegeten”.  

“Het is de hele entourage”

Drank 

“Rode wijn. Ik vind wijn lekker, maar dat proberen we door de week niet te doen. Het is de hele entourage: in het weekend ga je gaat lekker zitten, glaasje wijn, lekkere dingetjes erbij en dat is dan echt genieten”.   

Laat uw reactie achter

Reactie

2 reacties

  • Sylvia schreef:

    Deze vrouw kan dan eten bij Héron een “belevenis” vinden, dat vonden wij ook, maar wel een om heel snel te vergeten.

  • Heleen Schuttevaêr schreef:

    Dag Marjan, ik ken je uit de winkel waar ik een paar mooie kledingstukken kocht en we leuke gesprekken hebben. Bijzonder om je uitgebreid te horen vertellen en iets beter te leren kennen.
    Yontie Helders, bedankt voor dit artikel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *