Onze columnisten

Verkiezingsbeloftes

De laatste keer werd het Renske Leijten, maar dat kan niet meer.

Een goede kennis vertelde me destijds dat hij nooit ging stemmen. Hij was niet iemand van de straat, maar docent bestuurskunde op de Universiteit Utrecht. Een man die – als het om openbaar bestuur ging – wist van de hoed en de rand. Voor zover ik me herinner kwam zijn redenering hierop neer: hoe meer mensen stemmen, hoe meer de politiek zich gelegitimeerd voelt om namens het volk beslissingen te nemen. En dat terwijl de politiek er altijd een potje van maakt. Daaraan moet je dus niet meewerken.  

Er zit wat in, dacht ik, maar toch sloeg ik nooit een verkiezing over. Zelfs voor het Europees parlement stemde ik, zij het met tegenzin, want zo lang dat onzinnige, geldverslindende heen en weer-reizen tussen Brussel en Straatsburg doorgaat wil ik er eigenlijk niks mee te maken hebben. 

Ze zeggen het: 22 november, dat worden historische verkiezingen. Wat doe ik dan? De laatste keren werd het Renske Leyten, maar dat kan niet meer. Dan maar gewoon Marijnissen? In de peilingen blijft er van de toch al zo klein geworden SP haast niks over. Ze kunnen wel een stem gebruiken.  

Omdat het zo’n bijzondere gebeurtenis is moet ik maar eens kijken welke partij de meeste matches heeft met de dingen die ik graag wil, zoals (in telegramstijl) drastische verlaging veestapel, regulering migratie, meer sociale woningbouw, beëindiging hypotheekrente-aftrek en subsidie op elektrische auto’s, niet nog meer windmolens en zonneparken (er is nog genoeg gas in de wereld om het uit te zingen; nu niet overhaast het landschap helemaal ruïneren), sanering toeslagensysteem, afschaffing eigen risico ziektekostenverzekering, inzetten op vredesonderhandelingen Rusland-Oekraïne. 

De stemwijzer zou me enorm kunnen helpen, ware het niet dat we van de straks misschien grootste partij nog niet weten wat ze precies wil. De kandidaten zijn al wel bekend: hele degelijke mensen die ons vast geen loer zullen draaien. Jammer dat Rosanne Hertzberger zo hoog staat. Ze komt vast in de Kamer en dan zijn we een hele originele (zeldzaam) columniste (NRC) kwijt.  

Aart Jelle Soepboer (plek 7), de man uit Dokkum met de grote rode baard wil, zo schrijft Trouw, Friese les verplicht stellen voor mensen die in zijn provincie komen wonen. Ik neem aan dat het Dokkumse humor is. Meent hij het, dan is hij een dwingeland.  

Ik hoop dat de stemwijzer me straks in elk niet laat uitkomen bij de BBB. Nog afgezien van de standpunten, je bent toch de regie kwijt als je toestaat dat drie Kamerleden van andere partijen naar jou overlopen.  

Hoe het wel op een fatsoenlijke manier kan? Netjes je bureau leegmaken, stilletjes verdwijnen om dan later terug te keren als kandidaat van een andere partij. Zo deed Folkert Idsinga het. 

Op 22 november, de dag van ‘het feest van de democratie’, is het misschien wel zo ver dat de stemwijzer me zegt dat het Timmermans moet worden, of Jetten, of de Partij voor de Dieren.  

Maar verkiezingsbeloftes, veel koop je er niet voor.  

Auteur Dick Franssen
Auteur

Dick Franssen

Laat uw reactie achter

Reactie

1 reactie

  • Jes schreef:

    Helemaal mee eens. Ferme stellingname tijdens de verkiezingen, mooie beloftes. Is er bestuursverantwoordelijkheid, dan komt er een grote plons water bij de wijn. Is het oppositie, dan doorgaans loos geschreeuw. Maar ja. Toch maar stemmen, anders mag ik ook niet zeuren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *