Onze columnisten

Smeken om goudstukken en edelstenen

Lily Monori van Dijken

Een dakloze smeekt mij om goudstukken en edelstenen. Nietsvermoedend loop ik in het winkelcentrum van het Smaragdplein. Ik schud mijn hoofd. Want wat gaat hij doen als ik hem goudstukken geef? Gaat hij deze goed besteden aan zijn levensbehoefte of juist aan zijn verslaving? Als ik een luisterend oor bied zou hij dat accepteren of kiest hij toch liever de goudstukken? Hoe kan ik hem echt helpen?  

Een paar jaar geleden had ik als bedrijfsuitje een daklozenwandeling in Utrecht. Het was indrukwekkend. Een ex-dakloze nam ons als ervaringsdeskundige mee op zijn reis naar de tijd dat hij zelf nog dakloos was. Door zijn verhaal leerde ik hoe klein de stap is van het gewone leven naar een daklozenbestaan. Vol humor nam hij ons mee naar de plekken die een rol speelden in zijn toenmalige Utrechtse leven. Hij vertelde over zijn leven op Hoog Catharijne. Hij vertelde over de opvangplekken. En hoe die opvangplekken het leven van daklozen ten goede kwam en positief veranderde. Door de steun die hij op deze plekken kreeg van hulpverleners heeft hij nu een eigen appartement. Hij gaf ons een inkijkje in het leven, dat zo tussen je handen door kan glijden. Soms zonder dat je daar invloed op hebt. Deze dakloze wilde geholpen worden en ondanks alle winden en stormen is hij eruit getrokken doordat hij hulp accepteerde. Dat brengt hem waar hij nu is. Rondleidingen geven, trots op het weer verbonden zijn met de wereld. Als ervaringsdeskundige laat hij zien dat alles mogelijk is. Met doorzettingsvermogen en het geloof in jezelf. Ook al zit je in de allerdiepste put, het begint bij jezelf. 

Waar zit de kern van het probleem bij iemand die van de wereldbol is gevallen? Als een fragiele ziel aan een touw bungelend, waarvan de zekeringen niet goed zijn vastgezet. Een crisisteam moet aan het touw trekken om hem omhoog te takelen. Wat moet er gebeuren waardoor hij het touw durft te pakken zodat hij omhoog getrokken kan worden? Weg van de rand, weg van de afgrond.  
 
Ik las dat het probleem zich voornamelijk voordoet in de vier grootste steden. Rotterdam en Amsterdam hebben de problemen al laten zien in het programma van Beau van Erven Dorens. Maar wat doet Utrecht voor daklozen? Er zijn vast veel activiteiten waar ik niks van weet. Ik zag daklozen in het winkelcentrum van het Smaragdplein waar goudstukken en edelstenen worden gesmeed. Is het probleem verschoven? Want op Hoog Catharijne zijn de daklozen niet meer te bekennen. En wie weet zijn ze ook in andere wijken. Er zullen toch meer mensen zich dit afvragen?  

Hoe werkt het systeem voor daklozen in onze mooie stad? Bieden wij ook professionele hulp? Geven we tienduizenden euro’s aan begeleiding of onderzoeken we ook eerst het echte probleem. En vergroten we niet het problemen door goudstukken en smaragden te geven? Begin vanuit de positie van de dakloze ervaringsdeskundige. Wat heeft hem weer op de rails gebracht? Kan de dakloze op Smaragdplein ook op die manier geholpen worden? Of begint het bij mezelf en zal ik me meer moeten openstellen om hun verhaal te horen? Laat ik daarmee beginnen! 

Laat uw reactie achter

Reactie

2 reacties

  • Bernard Tomlow schreef:

    Ik kan mijn ogen niet geloven.Een column met welgeteld 14 vraagtekens.En dat in een tijd van HOOFDLETTERS,uitroeptekens(liefst drie),oneliners,verwensingen,veroordelingen,dreigementen ,met name in social media.Ik leerde nog op mijn universiteit,dat je je argumenten uitsluitend uit je formulering mag halen.Dus niet onderstrepen,benadrukken(Sic),geen afkortingen,geen hoofdletters enz.Maandag las ik in de Volkskrant een boeiend interview met Oek de Jong,schrijver van onder andere Zwarte Schuur.Het ging over zinvol leven.Hij zegt dan” Een belangrijke voorwaarde is: niet oordelen. Dat is gemakkelijk gezegd, maar in de praktijk lastig, omdat een oordeel zo snel is geveld. In Zwarte Schhur zit een aan heroïne verslaafde vrouw. Het is gemakkelijk haar weg te zetten, maar ik kijk naar haar met empathie. Zodra je oordeelt, snij je de verbindingen met anderen door. Terwijl een samenleving niets anders is dan die verbindingen met anderen. Door te oordelen zet je jezelf klem, sluit jezelf af,koker je de werkelijkheid.“ En verderop:” Oordelen is vaak een verdedigingsmechanisme tegen mensen of dingen die je als bedreigend ervaart. Naarmate je daar minder last van hebt, ga je minder oordelen – mijn vermogen daartoe ontwikkelt zich nog altijd. De kunst is het leven onbevooroordeeld aan te gaan – een houding van niet-weten die je in het dagelijks leven in praktijk kunt brengen. Dan kun je alles zien”.De “levensarchitect” de Jong beschrijft precies wat de columniste bij mij oproept.Haar column leert je zien zonder oordelen.Haar vragen kun je overal op toepassen.De kinderopvangtoeslagen.Meer zien had veel ellende voorkomen en meer verbinding opgeleverd.Ik zie uit naar de volgende column.

    .

  • jos stelling schreef:

    Mooie en urgente column. Als de zin van het leven zich beperkt tot het overleven en elk perspectief ontbreekt, hebben we altijd nog elkaar (zou je zeggen). Nieuwsgierigheid en vragen stellen is dan wellicht het begin van het oplossen van ons grootste probleem: eenzaamheid.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *