Fenna’s vader schrijft ook columns, maar die krijgen een stuk meer reacties. Soms zit er een negatieve tussen. Daar kan hij niet tegen.
Mijn vader is columnist voor een grote krant. ‘Eng hoe je mij achterna gaat,’ zegt hij vaak. Eng hoe jij mij voorgaat, denk ik dan. Mijn vadertje zegt vaker dingen vaker, bijvoorbeeld dat hij wil stoppen met de columns.
Een jaar geleden voor het eerst, we zaten op een terras toen hij net een mail had gekregen van een lezer die vond dat hij een zure man was. Verslagen schudde hij zijn hoofd. ‘Die leest niet tussen de regels. Hier kan ik niet tegen. Ik stop ermee.’
Ik zo van: ‘Nou nou pap, niet zo zuur.’
Mijn papperd woont, zoals ook staat in het intro van zijn columns, in z’n eentje in een huis van drie verdiepingen. Al heeft-ie nu weer tijdelijk mijn broertje (24), een behaarde ‘kast’ die geld wil besparen om straks te kunnen gaan samenwonen, en Adje de kat. Beiden vormen goed columnmateriaal.
Elke week krijgt hij ladingen e-mails van lezers: mensen die zijn situatie herkennen, vrouwen die hem leuk vinden.
En dan heb je mensen er niet tegen kunnen dat hij in een groot huis woont, weemoedig terugblikt op het leven vóór de scheiding, of over zijn kinderen schrijft, en die het belangrijk vinden hem dat te laten weten.
Ik bel hem. De telefoon gaat over.
Het afgelopen jaar kreeg hij af en toe weer een onaangename mail, dan zei hij: ‘Hier kan ik niet tegen, ik stop ermee.’ Dan zeg ik dat-ie niets moet doen waar hij ongelukkig van wordt en lijkt hij opgelucht. Maar dan vraagt de chef hem dóór te gaan en doet hij dat… ook opgelucht.
Hijgend neemt hij op.
‘Jaaah?’
‘Hoi paps. Wat ben je aan het doen?’
‘De heg,’ zegt hij.
‘Mooie column dit weekend.’
Hij jaagt een buurkat weg. ‘Dank je, kind.’
‘Jammer genoeg niet over mij.’
‘Ik stop ermee. Een oude date denkt zichzelf te herkennen in mijn column en is boos. Daar kan ik niet tegen.’
‘Ging hij niet over haar?’
‘Nee!’
‘En was dat trouwens niet een heel lieve column?’
‘Ja!’
Ja. Mijn vadertje zou nooit negatief schrijven over iemand, behalve dan over makelaars, bankiers en diverse andere beroepsgroepen.
‘Hoeveel fanmail heb je deze keer gehad?’
‘Veel.’
‘Oké. Maar als je zo ongelukkig wordt van één negatieve reactie, pap, dan moet je er inderdaad mee stoppen.’
Ik zie hem voor me: bij de heg met zijn heggenschaar, opgelucht. ‘Ja,’ zegt hij.
En nu maar hopen dat dit niet genetisch overdraagbaar is. En indien toch, dan zeg ik maar luid en duidelijk dat ik de columns van Fenna buitengewoon leuk vind.