In deze rubriek vragen we Utrechters keuzes te maken binnen hun vakgebied, maar ook daarbuiten. Vandaag Jacco van Elteren, eigenaar van De Hollandse Pot enzo.
Ik spreek met Jacco van Elteren af in zijn bedrijfspand, waar gekookt wordt voor De Hollandse Pot enzo. De geur van zuurkool en gebraden gehaktballen komen mij tegemoet. In de keuken staat een medewerkster in een enorme pan aardappels te stampen en aan de andere kant van de keuken draait een andere werknemer in een rap tempo gehaktballen. Na afloop van mijn interview met Jacco moet ik een doos met gehaktballen meenemen. Lekker voor Thuis!
Jacco van Elteren (53), geboren in ’t Ooievaartje, de voormalige kraamkliniek aan de Johan Frisostraat, groeide samen met zijn jongere broertje op in Hoograven in de Huis ten Boschlaan. “Mijn hele jeugd speelde zich af in Hoograven. Ik was aan het voetballen of speelde in het speeltuintje achter ons huis. Ik was jongetje tussen stout en semi-braaf. Ik heb Lunetten zien bouwen en de bouwplaats was een geweldige plek voor stoere jongens om kattenkwaad uit te halen. Mijn vader was chef-kok in het Militair Hospitaal aan de Joseph Haydnlaan. Toen ik 13 was, mocht ik in die grote keuken de afwas doen. Ik denk dat daar mijn liefde voor koken en de horeca begonnen is. Ik ging naar de Rijk van Gaasbeekschool en daarna naar de Mavo op de O.S.G. Henrik vd Vlist, de openbare staatsgevangenis, zoals we de school noemden. Karate was mijn sport en een blessure die ik opliep tijdens een toernooi, maakte dat ik een jaar niet naar school kon. Ik deed een jaartje langer over de mavo en ging naar de Havo.”
“Ik ben gaan zwerven. Van baan naar baan, van land naar land”
“Die maakte ik af en het diploma gaf mij toegang tot de HBO-opleiding Horeca-adviseur. Ik was dienstplichtig en moest tijdens de opleiding in dienst. Daarna ben ik gaan zwerven. Van baan naar baan, van land naar land. Ik werkte in Duitsland en Frankrijk in hotels en restaurants. Terug in Nederland werd ik party-manager voor grote evenementen. Grote personeelsfeesten in het kasteel van Arcen. In 1999 ontmoette ik Rianne, mijn partner. We zijn nooit getrouwd. Ik heb iets tegen het huwelijk, ik had op de feesten gezien hoeveel ellende een huwelijk kan geven. Ik vond een baan buiten de horeca bij een koeriersbedrijf waar ik dertien jaar bleef hangen. Daarna ben ik voor mijzelf begonnen met De Hollandse Pot enzo. Ik zag dat er zoveel verschillende soorten eten bezorgd werden, van pizza tot sushi, maar niet de gewone Hollandse pot. In eerste instantie waren we een bezorgrestaurant, maar het bezorgen leverde veel problemen op en daar ben ik mee gestopt. We bezorgden ook senioren maaltijden aan huis en nog altijd heb ik 20 mensen waar ik iedere week de maaltijden thuis aflever. Ik heb mij nu volledig gestort op de catering voor bedrijven, verenigingen, feesten, partijen. De Hollandse Pot, het enzo staat voor alle andere buffetten die wij ook verzorgen. Koud, Oosters, barbecue en tapas.”
“Ik blijf onder controle, maar het gaat goed”
“We zijn met de feestdagen gesloten, dat leverde te veel stress op. Ik moet een beetje uitkijken omdat ik ruim 2 jaar geleden een hartinfarct heb gehad. En een jaar geleden werd bij mij stembandkanker geconstateerd. Het voordeel van stembandkanker is dat je het snel in de gaten hebt, maar het nadeel is dat het ook weer zo terug kan komen. Ik blijf onder controle, maar het gaat goed. Ik zag dat de Singelloop dit jaar op 5 oktober gelopen zou worden. Ik keek Rianne aan en zei:’ We zijn in oktober niet op vakantie, ik ga mij inschrijven voor de Singelloop.’ Ik had 3 jaar niet gelopen, heb mijn loopschoenen aangedaan en ben weer gaan rennen. Op 5 oktober startte ik om 10 uur en om 11.15 uur was ik binnen. Ik had 10 kilometer gelopen. Dat was voor mij een mooi moment, een moment van geluk. Ik had de toekomst somber ingezien en toen realiseerde ik mij dat ik heel veel geluk heb gehad, dat ik dit nog kon.”
De keuzes van Jacco
Boek
“De Donald Duck komt eerst en dan dikke autobiografieën van bijvoorbeeld Keith Richard en Gordon Ramsey. Bij Gordon Ramsey denk je aan: luidruchtig, ongemanierd, gedreven en ongelofelijk eigenwijs. Maar dan lees je zijn verhaal over een moeilijke jeugd, zijn mislukte voetbalcarrière en de heroïneverslaving van zijn broer. Je leert mensen kennen achter de naam.”

Muziek
“Elvis en The Beatles, daar kan ik niet tussen kiezen. The Beatles omdat zij de basis van eigenlijk alles zijn. In de tien jaar dat ze bestonden hebben ze veel bereikt en zijn één van de meest invloedrijke bands gebleken. Van Elvis ben ik al sinds mijn jeugd een groot fan. Ik ben in Graceland in Memphis geweest, het landhuis dat Elvis kocht om samen met zijn ouders te kunnen wonen. Hij woonde er tot zijn dood in 1977 en Graceland is nu een museum. Dat bezoek was voor mij onvergetelijk. Je komt binnen in een hal met zover als je kan kijken de gouden en platina platen die Elvis in Amerika kreeg. Dan sla je de hoek om en dan weer een ellenlange gang met alle prijzen die hij voor zijn platen kreeg in de rest van de wereld. Ik ben niet zo gauw stil, maar toen heb ik met open mond staan kijken. Ik realiseerde mij dat hij wel een hele grote jongen was, dat idool uit mijn jeugd.”

Film
“Starwars, de eerste trilogie. Ik vind alles aan die film mooi. Heb de film al meerdere keren heb gekeken en ik blijf hem geweldig vinden.”

Kunstwerk
“We hebben een museumjaarkaart. Als we op stap zijn en ergens een museum zien, dan gaan we daar naartoe. We lopen naar binnen en laten ons verrassen. Het kan abstract zijn of een oude meester. Ik hou erg van het abstracte werk van Picasso. Ik ging graag naar het Rijksmuseum, maar daar moet je nu reserveren. Ik vond het heerlijk om even naar binnen te lopen en een beetje rond te dwalen. Iets te eten of te drinken, maar de prijzen in het restaurant zijn nu zodanig dat ik mij afvraag of het eten ook kunst is.”

Stad
“Utrecht, mijn stad en mijn trots. En Maastricht. Ik heb in Maastricht stage gelopen op de hotelschool als praktijkondersteuner en ik heb er gewoond. Het is een mooie stad en de bossen zijn dichtbij. Ik hou van het bourgondische, de restaurants en de bediening daar. Maastricht heeft dat allemaal.”

Drank
“Een goed glas wijn of een biertje van VandeStreek. Een witte wijn zoals een Sancerre, een Chenin-blanc of een Sauvignon blanc. Of rood, bijvoorbeeld een Saint-Emilion. We waren laatst in de Bordeaux, hadden een huisje gehuurd en bezochten wijnhuizen. In Saint-Emilion, kochten we bij een gerenommeerd huis een aantal flessen. Terug bij ons huisje tipte de eigenaar ons dat bij de Lidl om de hoek dezelfde wijn te koop was voor 5 euro, de wijn waar wij net het veelvoudige voor hadden betaald. Merci monsieur le propriétaire.”
Restaurant
“Vis en Meer in de Drieharingstraat. De eigenaar Peter Bijl de Vroe is onlangs overleden. Hij is degene die heeft bijgedragen aan de levendigheid in de straat. Dertig jaar geleden was er niets en nu bruist het er. Bij Vis en Meer is het heel goed eten en alles kan er. Mariska is de bedrijfsleider, zij is een echte horeca-tijger en het restaurant is bij haar in goede handen. Verder Rosie van Jacq en Karel5 van Leon, maar daar kom je niet iedere dag. Geen restaurant maar wel mijn favoriete zaak: Bond en Smolders op de Lijnmarkt. Ralph en Patty waren onze buren in Hoograven en ik ben heel veel met Ralph opgetrokken. Ralph was de cowboy, de rock-‘n- roll-ster en Patty de stille kracht die alles regelde. Na het overlijden van Ralph, is Patty de zaak onvermoeibaar door blijven draaien met creativiteit en durf.”

Utrechter
“Mijn vader, geboren en getogen in Sterrenwijk. Hij is in 2008 overleden en hij heeft mij gemaakt tot wie ik ben. Kijk tegen niemand op en blijf jezelf. Ik ben opgevoed met duidelijkheid, regelmaat en regels. Zo had ik de ruiten van de gymzaal van de lagere school ingegooid, was opgepakt door de politie en belandde op het politiebureau Tolsteeg. Mijn ouders werden gebeld en mijn vader vroeg tot hoe laat ze mij zouden houden. Hou hem maar en dan kom ik hem om 11 uur halen, zei mijn vader. Daar stond mijn vader met de fiets. “Jij zorgt dat je eerder thuis bent dan ik.’’ Ik heb nog nooit zo hard gelopen. De knal voor mijn ‘harsens’ kan ik bijna nog voelen.”

Wat zou je doen als je burgemeester van Utrecht was?
“De stad moet toegankelijk blijven voor iedereen, niet alleen voor fietsers. Een groene stad zullen we nooit worden, net zomin als dat we een dorpsaanzicht krijgen. Utrecht blijft een stad. Nu moeten we een fietsstad worden, een stad waar alle verkeerslichten voor fietsers verdwijnen. Waar je door de stroom fietsers niet meer heen komt. Ik zou ook meer aandacht willen vragen voor de veiligheid van onze hulpverleners. De mensen die op de ambulances zitten en zij die werken op de spoedeisende hulp in ziekenhuizen op de zaterdagavonden. En mijn stokpaardje blijft de verkeersonveiligheid op de Goylaan.”
Laat uw reactie achter
Reactie