Wie verantwoordelijk is voor afvalstromen op een bedrijventerrein, weet dat het snel mis kan gaan: volle containers, hoge kosten, klachten van buren en discussies met de chauffeur. Het goede nieuws: de meeste problemen zijn voorspelbaar en eenvoudig op te lossen. Hieronder staan vijf veelgemaakte fouten, plus praktische tips waarmee je vandaag al verschil maakt.
Fout 1. De verkeerde container (type en volume)
Veel organisaties kiezen op gevoel: “Doe maar een 1100 liter.” Zonder data is de kans groot dat je te vaak laat legen, te veel betaalt of juist structureel ruimte tekortkomt. Kijk per afvalstroom (rest, papier en karton, PMD, glas, hout, swill) naar het gemiddelde volume per week. Een snelle nulmeting werkt prima: noteer twee weken lang op vaste momenten hoe vol elke container is en welke piekdagen je ziet. Kies vervolgens het juiste type en formaat container op basis van je werkelijke stroom, niet op basis van een gok.
Voor locaties met wisselende volumes is flexibiliteit belangrijk. Een overdekte, verrijdbare container is handig bij interne verplaatsingen of wanneer je tijdelijk extra capaciteit nodig hebt. Wil je zonder gedoe opschalen of juist afschalen, dan is het huren van een rolcontainer een praktische optie.
- Tip: combineer meerdere kleinere containers bij gespreide bronnen (magazijn, productie, kantine) in plaats van één grote ver weg.
- Tip: neem bij karton een grotere container met klapdeksel; volumineus, maar licht, dus vaak voordelig bij minder vaak legen.
Fout 2. Onhandige plaatsing en slechte bereikbaarheid
Een container die net achter een paaltje, drempel of geparkeerde bus staat, kost tijd en leidt tot gemiste ledigingen. De chauffeur heeft vrije aanrijroute, voldoende draaicirkel en stabiele ondergrond nodig. Denk ook aan de looproute van je eigen medewerkers: hoe korter en logischer, hoe netter er wordt gewerkt.
- Zet containers op een vlakke, verharde ondergrond; geen losse klinkers of grind.
- Houd minimaal 1 meter vrije ruimte rond de container en 3 meter voor de kraanarm of hefvoorziening.
- Voorkom blokkades door laadkleppen, pallets of rolkarren; maak een duidelijke “containerzone”.
- Check openingstijden en toegang (slagboom, sleutel, code) tegen het ophaalschema.
- Plaats duidelijke borden: wat mag erin, wie is verantwoordelijk, wat te doen bij storingen.
Fout 3. Slechte scheiding en vervuiling van stromen
Een beetje folie bij het papier, etensresten bij PMD of koffiebekers in karton: het lijkt onschuldig, maar het zorgt voor afkeur, hogere verwerkingskosten en gemiste besparingen. Het geheim is niet “meer bakken neerzetten”, maar slim gedrag ontwerpen.
- Geef elke stroom een vaste kleur en piktogrammen, dezelfde codering binnen en buiten.
- Zet bij de bron al de juiste inzamelmiddelen neer (bij printers: papier; bij inpaktafels: folie en karton).
- Gebruik “ja/nee”-voorbeelden op de sticker; visueel werkt beter dan tekst alleen.
- Organiseer een korte briefing voor nieuwe collega’s; herhaal zodra je merkt dat de kwaliteit terugloopt.
Wat écht niet gescheiden kan worden, hoort in een restafvalcontainer Deze kun je als bedrijf eenvoudig en gemakkelijk huren via de site van Bedrijfsafval. Probeer die stroom klein te houden door de grootste vervuilers (vaak karton met folie, of koffiebekers) aan te pakken met eenvoudige aanpassingen, zoals aparte zakken of een snijtafel voor folie.
Fout 4. Verkeerde ledigingsfrequentie en geen aandacht voor piekweken
Eén keer per week legen “omdat we dat altijd zo doen” leidt vaak tot halflege containers in rustige weken en overlast in drukke weken. Kijk naar je bedrijfsritme: leverdagen, productiepieken, acties en seizoenen. Pas de ledigingsfrequentie hierop aan, of werk met een mix van vaste ledigingen en extra bestellingen bij piek.
- Monitor vullingsgraden een maand lang; pas daarna de frequentie aan.
- Plan een extra lediging net na leveringen met veel karton.
- Overweeg een grotere container met minder vaak legen als je vooral veel licht volume hebt.
- Bij sterk wisselende stromen: zet tijdelijk een extra container bij in plaats van structureel te vaak laten legen.
Digitale meldingen of een simpel wekelijks fotologboek van de vullingsgraad helpen om het gesprek met de leverancier feitelijk te voeren. Zo betaal je voor wat je echt nodig hebt en voorkom je overvolle bakken of nutteloze halve ritten.
Fout 5. Onveilig en onhygiënisch beheer
Open deksels, morsen, stank en ongedierte zorgen voor klachten en gezondheidsrisico’s. Denk ook aan brandveiligheid bij papier, karton en hout. Met een paar vaste gewoontes houd je het terrein schoon, veilig en prettig voor iedereen.
- Houd deksels altijd dicht; gebruik containers met pedaal of veermechanisme bij veel gebruik.
- Zet rest- en swillcontainers niet in de volle zon; warmte versnelt geuroverlast.
- Plaats brandgevoelige stromen uit de buurt van rookzones en gevels; houd afstand tot geparkeerde voertuigen.
- Gebruik lekbakken of dichte vloeren bij vloeibaar of nat afval; maak morsen meteen schoon.
- Plan een vast schoonmaakschema voor binnen- en buitenzijde van containers.
- Gebruik sloten of containers in een afgesloten hok om zwerfafval en bijplaatsingen te voorkomen.
Laat uw reactie achter
Reactie