Voorstraat

Ze zijn allemaal mijn vriend; ik ken iedereen en niemand kent mij

Al jaren woon ik op het mooiste plekje van heel Utrecht. Echt waar. Als mensen mij vragen ‘hé Daan, wat is nu jouw favoriete plekje in Utrecht?’, antwoord ik steevast: ‘aan mijn eigen keukentafel’.

Stel je even voor: een mini-appartementje met een tafel tegen het raam. In de meest bijzondere straat van de stad, de Voorstraat. Als ik uit mijn raam kijk kijk ik uit op de bankjes voor de Village, de Smalle Begijnestraat en de drukte van de AH. En daar gebeurt een heleboel. En dan heb ik het nog niet eens over alle fietsers, wandelaars, en auto’s die onze straat passeren. O, had ik maar het geduld. Ik zou een boek kunnen schrijven over alle mensen die ik daar heb leren ‘kennen’ tijdens mijn ontbijt. Waar ik, zoals je je misschien kunt voorstellen, uitgebreid de tijd voor neem.

Wat dacht je van dat bankje bij de Village, wie kent ze niet? Elke dag klokslag 8 uur gaan ze open (al heb ik ze zeker ook eens betrapt op verslapen). Ik ken hun trouwe klanten. Een papa die overduidelijk zijn leven goed op orde heeft, gaat voor schooltijd met zijn zoontje van 6 jaar een bakkie doen. Oma die boodschappen gaat doen en onderweg even stopt voor een appeltaartje als ontbijt. Haar man wacht netjes totdat ze haar taartje op heeft voordat ze hun weg weer vervolgen. Een rijschoolleraar die zijn leerling lekker laat inparkeren tussen alle fietsers door, voor zijn bakkie koffie. De overbuurman die gewoon lekker plaatsneemt en zijn bestelling niet eens meer hoeft door te geven. Die zakenman, die elke ochtend even omrijdt voor een bakkie. Al vraag ik me af of hij niet gewoon een leuk rondje rijdt om zijn hele dikke auto te showen. Om kwart over 8 zit de Village al vol.

Over inparkeren gesproken, dat is hier voor velen zenuwslopend. Voor mij leuke tijdsbesteding. En ja, ik kan soms de verleiding niet weerstaan om de timer te pakken. Zo ook eens op een dinsdagochtend. Het duurde maar liefst 27 minuten van starten met inparkeren tot uitstappen. En ja, het was nog vroeg in de ochtend, dus de betreffende mevrouw was opgelucht. Het was vast niemand opgevallen. Behalve mij natuurlijk, ik stond te timen achter mijn raam en zwaaide vriendelijk. Helaas werd dit niet opgemerkt.

Of de fietsers: het is een hele uitdaging om tussen 8 en 9 uur ‘s ochtends over te steken. Je staat wel even te wachten op de oneindige stoet die langs komt. Ook altijd leuk voor die leerling van de rijschool die er weer tussen probeert te komen.

In het steegje recht tegenover mijn huis is het ook altijd gezellig. Het is de plek waar jonge maaltijdbezorgers hangen, de buren zetten hun picknicktafel gezellig midden in de steeg om te borrelen en er past geen fiets meer bij. Een van de hoekjes daar is toevallig ook erg populair bij wildplassers. En elke ochtend heb ik mijn steegzwaaimomentje met het meisje, achterop de fiets bij haar moeder, op weg naar school.

Bekende gasten van de Voorstraat slapen bij de nachtopvang op de hoek. Als ze soms te laat zijn weet de hele straat het, zo hard rammelen ze aan het hek of houden ze je ‘s nachts wakker met ‘ik moet plassennnnn’. Op zondag, de enige rustige dag van de week, betrap ik de laatkomers die lekker liggen te maffen op het bankje voor de Pizzabakkers.

Sowieso een aanrader, die zondagochtenden in de binnenstad. Wat een rust. De enige mensen die je dan ziet zijn hockeymeisjes, hardlopers of hondeneigenaren in hun pyjama.

Ze zijn allemaal mijn vriend.
Ik ken iedereen en niemand kent mij.

Lang leve de stad.

PS: Loop je door de steeg? Kijk dan eens even omhoog. Ik zwaai graag naar je. Nu kan het nog.

Binnenkort verlaat ik mijn lievelingshuis met pijn in mijn hart. Het is tijd voor een volgende stap, maar nooit vergeet ik dit plekje. Dag huis, dag Utrecht! 

Auteur Thirty030
Auteur

Thirty030

Laat uw reactie achter

Reactie

1 reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *